donderdag 11 december 2025

Wat we kunnen weten... Wat weten we eigenlijk?

Het boek “ Wat we kunnen weten” van Ian McEwan sla ik dicht. Uit. Een prachtige roman waarin we vanuit 2119 terugkijken naar onze tijd door de ogen van een (liefdes) stel dan levenden geleerden in de literatuurgeschiedenis. Verbijstering is er over ons ontkennen van klimaatverandering, de gevaren van AI, aantasting van de natuur, we moeten wel idioten zijn geweest. Ondertussen is een flink deel van de bevolking weggevaagd; door enorme atoombommen zijn grote delen van de wereld onder water gelopen en leeft men met een veel kleinere planetaire voetafdruk. Maar de roman is zeker meer dan alleen een sombere post apocalyptisch schets van de wereld. Bovenal beschrijft het een mooi en haast universeel verhaal over de liefde, over geliefden, over mensen die met al hun beperkingen zijn gebonden aan hun psychologische opmaak. Hierbij kan toeval soms enorm helpen, of juist enorm tegenzitten. Het lot speelt mee, soms mooi, soms noodlot. Als mens hebben we vaak de neiging om onze controle over de toekomst te overschatten.

Het boek sluit aan bij een oefening vanuit de Inner Development beweging, waar ik een paar jaar geleden over schreef, de 7 generaties oefening, waarin je jezelf moet voorstellen dat je een 7 generaties achterkleinkind bent van wie je nu bent, en wat je jezelf vanuit daar voor nu zou willen meegeven. Als je dat gedaan hebt, draai je het om (geef je advies aan een nakomeling 7 generaties na nu). Bij het lezen van het boek kreeg is sterk het gevoel, dat het allemaal weinig gaat uitmaken, dat we natuurlijk het inzicht al lang hebben dat we ons in een gevaarlijke technologische/wapen wedloop bevinden, dat we niet verstandig met de natuur omgaan, alsof ze tegenover of buiten ons staat, terwijl we er onderdeel van zijn. We zijn als mens niet geevolueerd met een genetisch ingebakken angst voor zaken als klimaatverandering, of de gevaren van technologieën. Onze breinen zijn niet mee geëvolueerd met de evolutie van onze technologieën, die bovendien momenteel exponentieel snel verloopt, omdat de hele wereld met elkaar verbonden is en iedereen overal enorm veel geld en effort in deze ontwikkelingen pompt, gedreven door winsten, (illusies van) toekomstig heil en wedlopen.

Het boek zette me aan het denken. We hebben nog steeds de ingebakken drijf om te overleven, en de angst voor vreemde stammen die onze territoria indringen, ons vermoorden, verkrachten, of beroven. Deze angsten zijn wellicht in de huidige wereld veel minder rationeel dan de angst voor verlies van biodiversiteit, of overstromingen door klimaatverandering. Maar deze rationele angsten zijn toch abstract. Waar je jezelf door laat leiden, splitst het landschap tussen rechts (onderbuik, de ingebakken angsten voor vreemde stammen, grensoverschrijdingen, niet overleven) en links of elitair. In het boek wordt beschreven dat alleen de “grootste geesten” in de 20ste en 21ste eeuw angst voor de “reële” bedreigingen hadden (Artificiele Super Intelligentie, kernenergie, klimaatverandering, afname van biodiversiteit, uitputting van aardse grondstoffen). Is dat wat we zien gebeuren? Meer en meer schuiven we naar rechts, naar haat tegen asielzoekers. Is dat omdat dit aansluit bij onze evolutionair ingebakken angst voor vreemde rovende en oorlogszuchtige stammen?

Psychologisch is de angst voor vijandige stammen sterker dan de angst om te worden neergeschoten door een “slimme” drone, omdat we ons evolutionair nog maar korte tijd bevinden in een wereld waarin machines agency kunnen hebben (zelfstandig beslissingen kunnen nemen). Dus een asielzoeker die zich ontpopt al terrorist is veel duidelijker een gevaarlijke indringer, dan een Amerikaans of Chinees algoritme die zelfstandig onze newsfeed op de sociale media edit en ons zo langzaam verslaafd maakt aan het richten van onze ogen (aandacht) op die diepgewortelde angsten. Is dat omdat we genetisch gezien niet zijn geprogrammeerd om geluk nat te streven, maar om te overleven, en dus alles dat bedreigend was in onze oertijd, de grootste angst oproept? Kijken we daarom graag naar spannende films? Kan daarom rechts (met aanwakkeren angst voor vreemdelingen) makkelijker populistisch doen dan links? Is angst voor grensoverschrijdende algoritmes veel meer universeel ingebakken dan angst voor grensoverschrijdende algoritmes?


Nee, dit is wellicht een deel van het verhaal. Boven alles zijn we in staat met elkaar liefde te vinden, voor elkaar en onze kinderen te zorgen. Het genetisch denken heb ik altijd afgedaan als een broodje aap verhaal, en ten diepste wil ik dat blijven doen. Terugkomend op het boek, het was uiteindelijk toch een prachtig liefdesverhaal, met ook perspectief, het leven gaat ook na al onze hedendaagse waanzin door!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Wat we kunnen weten... Wat weten we eigenlijk?

Het boek “ Wat we kunnen weten” van Ian McEwan sla ik dicht. Uit. Een prachtige roman waarin we vanuit 2119 terugkijken naar onze tijd door ...