Vorige week bespraken we de grenzenloosheid in data-opslag die aan het massaal in the cloud functioneren met zich meebrengt. Deze week deel 2: de gevolgen van in the cloud opslag voor de culturele diversiteit. Daarvoor eerst terug naar onze primaten oorsprong. Primaten besteden van nature enorm veel tijd en energie aan het bestendigen en onderhouden van onderlinge banden. Het typische beeld hierbij van niet menselijke primaten is rustig zittend elkaar geduldig “vlooien”, wat ook wel “grooming” (verzorging, niet te verwarren met het op een nare manier verleiden van jonge mensen) wordt genoemd. Mensen babbelen, ze zitten minder aan elkaar (hoewel handen geven, schouderklopjes en soms aan elkaars kleren zitten in dit verband betekenisvol zijn). Al kletsend over koetjes en kalfjes versterken wij onze onderlinge banden. Daarbij praten we niet persé om de inhoud, maar vooral om de band te versterken. Voor de neurodiverse (“autistische”) medemens is deze smalltalk soms moeilijk te begrijpen, maar de behoefte aan onderlinge verbondenheid is universeel, die hebben we allemaal, neurotypisch (“normaal”) èn neurodivers. En waarom ben je direct een nerd als je tijdens de “bonding” echte inhouden bespreekt? Zou een chimpansee die effectief alle vlooien bij de ander verwijdert ook een nerd gevonden worden? Wellicht is inhoudelijkheid mooi meegenomen, maar op den duur wellicht verwarrend: gaat het nu om de inhoud, of om de onderlinge banden? Waarom niet om beide?
Vanuit de primaten-behoefte “grooming” is het succes van sociale media zoals Facebook en chatboxen goed te begrijpen. De mens is een geciviliseerde aap, en het (ten dele illusoir) verbinden met veel soortgenoten via de sociale media, bevredigt een diepgewortelde basisbehoefte. Maar een probleem van mensen is dat ze de schaal met hun technologieën zo sterk vergroten, dat onbedoeld diversiteit op de tocht komt. Het internet, bijvoorbeeld, biedt in potentie een podium aan iedereen, maar in de praktijk zijn er slechts een paar podia waar iedereen naar kijkt (“de super hits”) en is er een ontoegankelijk moeras aan Posts en activiteiten die volstrekt bevroren zijn, waar nagenoeg niemand naar kijkt. Daardoor wordt het geluid van een enkele (toevallige) reus - superstar, multinational - enorm uitvergroot en gaan nuances verloren. Want immers, als we met onze “vrienden” de onderlinge banden via de sociale media aan het versterken zijn, en dat gaat bovendien al snel over grote afstanden, lijkt het erop dat grenzen niet bestaan. Echter, we verbinden (“chatten”) over vooral globaal beschikbare en herkenbare “inhouden”, die voor iedereen onafhankelijk van culturele komaf algemeen en herkenbaar zijn. Globaal in plaats van lokaal, en gezien de omvang van ons internet “groomen”, globale superhits verdrukken aandacht voor locale (culturele) inhouden.
Maar, en zo kreeg ik vorige week door een geograaf en collega lector uitgelegd, grenzen blijven altijd bestaan, op diverse niveaus. Daarmee is ook de ogenschijnlijke grenzenloosheid van “grooming” via het internet in laatste instantie een illusie. Helaas is het geen illusie dat onze culturele diversiteit hiermee wel op de tocht is komen te staan. Hier speelt verwarring tussen babbelen voor de band en babbelen om de inhoud een grote rol. Zoals betoogd babbelen we voor de (virtuele) band, vanwege de behoefte aan verbondenheid, en maken daarbij “super hits” tot toevallige maar onontkoombare inhoud. Inhoudelijke content en echte dialoog raakt daarbij gemakkelijk ondergesneeuwd. Kortom, culturele inhouden en daarmee diversiteit, raken uit zicht door onze mensaap achtige behoefte aan babbel gedrag om de onderlinge banden te versterken, dat zich richt op “super hits” en algemeenheden. Hiermee is de discrepantie tussen inhoud en vorm op het internet vergelijkbaar met de discrepantie tussen neurotyische smalltalk en neurodiverse nerdachtigheid! Of tussen de massa van Erasmus, die de godin Zotheid aanbidt en de wijzen, die (formeel) denken en ongelukkig zijn. Kunt U raden wat op den duur als gestoord wordt ervaren: culturele andersheid (“inhoud”) of dominante eenvormigheid? Wat was ook alweer de tweede S in ASS?
Ps ik heb niet willen betogen dat “babbelen” minderwaardig is. Integendeel, het berust op een primaire primaten behoefte en is voor onze soort essentieel voor ons bestaan. Het moet echter niet - versterkt door sociale media technieken - onze andere (talige) verworvenheden (redeneren, kunst, wetenschap) wegdrukken. In termen van Erasmus: we hebben zowel zotheid als wijsheid nodig!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten