donderdag 27 mei 2021

Inquisitie (onderzoek naar het verderf van de ketterij)

Na de strijd, kunnen de kronieken opgemaakt worden. Heldendaden, moed en het trotseren van tegenslagen zijn de vaste componenten van zulke verhalen. Snel worden de gemaakte keuzen en daarbij behorende ontberingen gevierd en daarmee gerechtvaardigd, onder meer door het uitreiken van oorkondes en andere in plechtigheden verpakte eer betonen. Hiermee wordt de bij het maken van keuzes onontkoombare cognitieve dissonantie weggepoetst. Is dit ook zo bij Corona? 

Zeker, onze RIVM directeur Jaap van Dissel, krijgt bijvoorbeeld de KNAW penning. Echter, in diverse tijdschriften lees ik dat er in vele landen één of enkele “dissidente” wetenschappers is/zijn  (vaak ervaren 60-plussers), die het achteraf gezien beter wisten en bijvoorbeeld vrijwel vanaf het begin stelden dat de pandemie zich niet zo zeer door “droplets”’ verspreidt, maar vooral door “aerosolen”. In Amerika was dat bijvoorbeeld Linsey Marr (60), in Nederland was het Maurice de Hond (73). Marr had gestudeerd aan Harvard en gewerkt aan MIT, was een internationaal gelauwerd hoogleraar, en kreeg desondanks aanvankelijk nauwelijks bijval vanuit de door virologen en politici gedomineerde aanpak (en uitleg) van de Coronapandemie. Onze Nederlandse Maurice de Hond analyseerde vele studies uit diverse vakgebieden, ook die van civil engineer Marr, en kwam al rond april 2020 tot de conclusie dat de verspreiding niet of nauwelijks door grote druppels plaatsvindt, maar door areosolen, vooral binnenshuis vanwege slechte ventilatie, waardoor de “druppels” als sigarenrookwolken lang konden blijven hangen en zo tot superspread events konden leiden. Hij stelde toen al voor om binnenshuis mondkapjes te gaan dragen, een masterplan ventilatie op te stellen en uit te voeren en buitenshuis de maatregelen op te heffen. Hij wees op het seizoeneffect, en hij schreef honderden blogs over Corona, die door duizenden mensen waaronder ik een jaar lang gevolgd zijn. Daarbij kreeg hij voortdurend gelijk, ook als hij de rekenmodellen (voorspellingen) van het RIVM beschreef en bekritiseerde. 

Anders dan Marr, was De Hond geen MIT professor, maar een sociaalgeograaf buiten de gangbare wetenschappelijke instituties, gespecialiseerd in opinieonderzoek. Maar net als Marr, en vele Don Quichottes in talloze andere landen, had hij serieuze kritiek. Net als vele artsen en ander wetenschappers, die bepleitten een meer experimenterende (minder conservatieve) houding van “de wetenschap” toe te staan, in plaats van zonder voldoende kennis overal exact dezelfde werkwijze te eisen en zo artsen die met experimentele aanpakken en voor andere aandoeningen geregistreerde (onschadelijke) middelen experimenteerden buiten spel te zetten. Uiteraard kan er zonder experiment weinig worden geleerd. Kortom, tientallen wetenschappers die ingezonden brieven naar de WHO of naar de lokale politieke bewindslieden zonden, kregen net als Marr en onze Maurice geen (of nauwelijks) gehoor bij de officiële (wetenschappelijke) instanties, de pers en andere Main Stream Media. Integendeel, sociale media hebben via hun factcheckers herhaaldelijk laten weten dat de uitingen van ook de Hond op Facebook en YouTube nepnieuws waren. LinkedIn heeft het account van De Hond zelfs tijdelijk geblokkeerd. 

Uit het verleden weten we dat geïnstitutionaliseerde macht vrijdenkers buitenspel kan zetten en verketteren indien ze tegen de stroom ingaan. Denk bv aan de rooms katholieke kerk/inquisitie van een paar eeuwen geleden. Hoewel De Hond en zijn verguisde “collega’s” op praktisch alle punten gelijk hebben gekregen, is hen op niet mis te verstane gronden de mond gesnoerd, ook door onze kwaliteitskranten. De Volkskrant toonde een van de Nazi Duitse propagandamakers uit de jaren 30 gekopieerde spotprent van de Joodse Maurice De Hond, afgebeeld als een Jood die marionetten bestuurd (achter de schermen aan alle touwtjes trekt, zo hadden volgens Hitler de joden macht). Hiermee wordt zichtbaar hoe ook in onze tijd machtsblokken – ongeacht of ze religieus, “wetenschappelijk”, of “informatief” zijn – nog steeds een alleenrecht op de waarheid claimen, geholpen door collega machthebbers (politiek, BigTech factcheckers).

We kunnen hiervan leren. Ik begrijp dat er veel cognitieve dissonantie is bij de machthebbers, juist nu dissidente denkers veel eerder op het juiste spoor blijken te hebben gezeten dan de officiële machten. Het toekennen van de KNAW-penning valt vanuit de cognitieve dissonantie en bijbehorende post decision justification psychologisch goed te begrijpen. Maar, een penning voor wetenschap? Creatief was het OMT-verhaal wel! Een voorspelde ramp werd met voorschriften bestreden, om vervolgens (1) het (al dan niet ten dele) uitblijven van de voorspelling op te voeren als bewijs van het succes van het beleid. Logisch gezien is dit een drogreden: het uitblijven van de ramp kan net zo goed gelden als (2) bewijs van de overbodigheid van de voorschriften, of (3) van de onjuistheid van de voorspellingen. Ondanks de goede bedoelingen, zat men er vooral naast (2 en 3). Zo hield men halsstarrig vast aan het niet dragen van mondkapjes en erkende men pas deze maand als laatste land ter wereld schoorvoetend het belang van aerosolen en ventilatie! Inquisitie? In de woorden van Frank Zappa: Who are the brain police?

PS Shell is door de rechter gedwongen om de CO2 uitstoot te verlagen, ondanks dat ze binnen de beleidsregels van de overheid handelen. Zich achter de wet verschuilen, kan dus niet meer altijd. Dat betekent dat zich verschuilen achter het ondertussen evident “manke” regeringsbeleid ten aanzien de rol van aerosolen en ventilatie mbt Covid-19, wellicht op termijn evenmin rechtsgeldig kan blijken. Leerlingen en studenten die in slecht geventileerde (maar binnen de beleidsnormen) lokalen besmet raken, kunnen onderwijsinstellingen duur komen te staan … 

donderdag 20 mei 2021

De Brug (4, slot)

Dynamische Systeem Theorie (DST) vormt een vertrekpunt om naar processen te kijken, waarin soms een toename (of afname) van één van de systeemparameters leidt tot een reorganisatie van het hele systeem. Toename van snelheid van het paard, bijvoorbeeld, leidt tot een overgang van de stap naar de draf. Snelheidstoename tijdens de draf leidt vervolgens opnieuw tot een (discontinue) overgang van draf naar galop. Of toename van bepaalde hormonen tot het ontstaan van een seksuele oriëntatie. Voorbeelden liggen echt overal – zowel in de fysieke als de organische wereld – voor het oprapen, op de microschaal (metabole processen, honger/dorst krijgen, moeten ontlasten) en op de macroschaal (bijvoorbeeld maand en jaarcycli). Bij de faseovergangen – zeg maar van ijs naar water, of van draf naar galop, van doorrijden naar file,  of van ijverig schoolkind naar rebellerende puber – helpen causale (lineaire) redenaties niet. Slechts als je een patroon herkent, waarvan je op grond van eerdere ervaring de uitkomsten al weet, dan kan je “causale” predicties doen. Bijvoorbeeld als je het paard nog iets sneller laat lopen, dan zal de stap overgaan naar draf.

Het probleem is, zo stelden we vorige week, dat het menselijk denken enorm sterk op causale redenaties is gebaseerd. Iets moet causaal verantwoordelijk zijn voor de waargenomen verandering. Dat er discontinue faseovergangen zijn, moet door een verantwoordelijke entiteit worden gestuurd. DST heeft ons geleerd dat de faseovergangen gebaseerd zijn op zelforganisatie, niet a-priori voorspelbaar, dus wel te beschrijven, maar niet te verklaren. In de natuurkunde is dit ondertussen ingeburgerd, maar in de sociale wetenschappen en het alledaagse leven geheel niet. Het kost ook echt veel oefening en daarmee tijd om dynamische systemen in het alledaagse leven te leren zien. Een mooi boek over “seeing the S-curve in everything” is  Adrian Bejan's The Physics of Life: The Evolution of Everything uit 2016.

De vorige blog hebben we stil gestaan bij DST op psychologisch niveau, dit keer een voorbeeld op politiek/maatschappelijk niveau. Het voorbeeld is het eerste het beste waar ik mijn lief vanochtend over hoor praten: aanbestedingsregels. Vroeger kon bijvoorbeeld een bouwbedrijf een langdurige samenwerking aangaan met een andere private of publieke partij. Daar zaten natuurlijk, net als aan alles, ook nadelen aan. Om die af te wenden, kwam de politiek met regels: boven een bepaald bedrag moet een klus worden aanbesteed. Zo krijgen alle partijen een eerlijke kans. Resultaat: er wordt minder dan voorheen aan de relatie gewerkt, er wordt enorm veel voor geïnvesteerd (offertes maken, hele wijken ontwerpen), terwijl slechts één bedrijf (dat bijvoorbeeld heel groot is) ver genoeg in prijs kan zakken om de aanbesteding te winnen, om vervolgens met blijven na-factureren tijdens de bouw alsnog een reële prijs te kunnen maken. Ook kleine bedrijven hebben vaak zo’n “bouwhonger”, dat ze onder de reële prijs aanbieden, en dan regelmatig kapot (failliet) gaan. Zo worden de groten groter en gaan de kleintjes failliet  of aan het werk als (onder) onder aannemer (verkapte ZZP-er, met voor de grote spelers wel de lusten, maar niet de lasten). Investeren in de relatie, is op z’n best een belangrijke bijzaak geworden: hoofdzaak is aanbestedingen winnen, en niet aan alle voorinvesteringen ten onder gaan. De stap is hierbij overgegaan in de draf, en totaal andere dynamische processen zijn gaan spelen. ZZP is tot bloei gekomen, grote spelers worden beloond om nog veel groter te worden, zodat ze kunnen “duiken” (een aanbesteding winnen door onder de prijs aan te bieden, en dan later terug te factureren). Ook populisme in de politiek vormt een voorbeeld: feitelijk moeten politieke partijen en politici voortdurend hun beleid aanbesteden in termen van herkenbaarheid voor Jan Modaal, waarmee werken aan de lange termijnrelatie praktisch onmogelijk is geworden (op z’n best een belangrijke bijzaak).

We weten niet wat er gebeurt als de aarde 2 graden opwarmt, waar de faseovergang is. Heel goed is mogelijk dat het systeem in een nieuwe configuratie schiet die we totaal niet verwachten, dat bijvoorbeeld 3 graden opwarming leidt tot een overgang in enkele jaren tot een onleefbare planeet, of juist een nieuwe ijstijd! We kunnen niet causaal duiden wanneer en hoe het klimaat bijvoorbeeld gaat veranderen, maar DST leert ons dat dit op een discontinue wijze hoe dan ook gaat gebeuren. Wat betekent dat vervolgens voor ons beleid? Wel weten we, dat de brug op een goed moment gaat wiebelen! Dank voor het lezen!


donderdag 13 mei 2021

De Brug (deel 3 van de 4)

Ook gedragsmatig spelen dynamische systemen en faseovergangen vaak een rol. Als bijvoorbeeld een behoorlijk aantal mensen in een zaal het applaus inzet, en dat volhoudt, zal “vanzelf” het chaotische geklap gekoppeld raken in een gelijktijdig klappen, met een min of meer vast ritme. We kennen dit als “bis-bis-bis”, of “we want more”. Andere voorbeelden zijn de overgang van lopen naar rennen. Als je de snelheid verhoogt, “zelf-organiseert” je bewegingsapparaat de overgang discontinu. Dat wil zeggen dat er niets zit tussen lopen en rennen. Zo kan ook de stemming in bijvoorbeeld een café, of voetbalstadium omslaan, bijvoorbeeld in blinde paniek, waarbij mensen plat, of zelfs doodgedrukt worden. Ook de overgang van iemand aardig vinden naar verliefdheid, of naar blinde adoratie, is een typische dynamische shift. Nog een paar: plotseling iets helemaal zat zijn, plotseling het licht zien, bekeerd worden, ergens helemaal voor gaan, van een lichte afkeur naar een diepe walging gaan, door het lint gaan, volledig uit je dak gaan. Allemaal overgangen die vergelijkbaar zijn met de overgang van de draf naar de galop van het paard.

Het paard in galop coördineert de spieren heel anders dan in draf, en belast dus ook de gewrichten heel anders. Er spelen op praktisch elk niveau van de beweging andere zaken. Bij psychologische faseovergangen is dat ook zo. Iemand kan aardig zijn, maar levensgevaarlijk worden als hij/zij boos, of furieus is. Behalve in de ontwikkelingspsychologie, ligt de focus in de psychologie vaak zeer sterk op toestanden, en niet op overgangen tussen toestanden, laat staan op interacties tussen meerdere processen binnen één persoon, of tussen meerdere personen. In Dynamic Sytem Theory (DST) jargon: er wordt niet gelet op het ontstaan van nieuwe patronen uit meerdere gekoppelde oscillatoren, zoals bij de voetgangersbrug die gaat wiebelen als er meer dan een bepaald aantal voetgangers gelijk op de brug lopen. In jargon zijn er dus 2 attractor regimes: (1) lopen over een stabiele brug, (2) slingerend over de wiebelbrug “lopen”. Toch ligt juist hier de sleutel tot begrip van waarom mensen bij het aanmoedigen van hun voetbalclub enorm boven zichzelf uit kunnen stijgen, of waarom iemand in het liefdesspel zichzelf kan verliezen in een gezamenlijk opgebouwde opwinding. Attractor regimes: Draf staat tot galop is als wederzijdse interesse staat tot geilheid. De controleparameter kan de geur van zweet, of bier zijn, of iets anders. Hoewel dit op hormoonniveau één groot feest lijkt, is het net zomin vanuit de hormonen zinvol te begrijpen, als dat de overgang van de draf naar de galop vanuit de individuele beenspieren te begrijpen is. Het zijn toestandsovergangen, waarin het geheel meer is (of soms minder) dan de som der delen. Het is, met andere woorden, een discontinue (niet lineaire) overgang.

Dit alles wil natuurlijk niet zeggen dat mensen niet verantwoordelijk zijn voor hun gedrag. Als je zorgt dat je niet in de verleiding komt, zal je ook niet plotseling jezelf met een onbedwingbare lust tot seks, drugs en/of rock & roll geconfronteerd weten (als je dat tenminste niet wilt). Of niet in de verleiding om je halve salaris, of de spaarpot van je nog jonge kind in een fantastisch gokhuis van de Nederlandse Staat uit te geven. Wat we normaal vinden is wellicht, net als seks-, drugs- en/of gokverslaving, ook niet “gezond”: als gemiddelde Nederlander hebben we met ons voeding-, vermaak- en comfortpatroon een gemiddelde ecologische voetafdruk van ruim 2. Dat wil zeggen, als ieder mens op de planeet zo zou leven, hadden we ruim 2 planeten nodig om de benodigde resources te regelen. Dit komt niet omdat we slecht zijn, of verdorven. Dit komt omdat ons systeem in een attractor-regime zit, dat ons dus letterlijk en figuurlijk op te grote voet laat leven.

Individueel zijn de meeste mensen buitengewoon betrouwbaar en leven we praktisch allemaal voor de ander. We zijn in die zin echt heel positieve dieren. Doordat we zo grootschalig met elkaar verbonden zijn geraakt door voortschrijdende technologie, zijn er collectieve dynamische patronen ontstaan, die soms goed (demonstratielust), maar soms ook desastreus kunnen zijn (reislust, oorlog-woede). Deze niet-lineaire switches ontberen sociaal wetenschappelijke aandacht. Populisme, economische grootmachten, collectieve hebzucht en gebrek aan beoordelingsvermogen zijn helaas koren op de waanzinnige molen van de verwachting van oneindige groei uit eindige middelen. Ze worden in stand gehouden door simplistisch denken in lineaire determinatie vanuit eigenschappen, in plaats van inzicht in dynamica, in faseovergangen door gekoppelde systemen. Volgende week het slot, deel 4.

donderdag 6 mei 2021

De brug (2)

Vorige week bespraken we dat dynamische systemen vaak twee (of meer) toestanden kennen: (1) de brug beweegt niet mee, of (2) de brug schommelt mee met de stappen van de voetgangers, (1) de auto’s rijden ongehinderd op de snelweg, of (2) de auto’s bewegen in file: stukje rijden, stop. Meerdere toestanden: (1) paard in stap, (2) in draf of (3) in galop. De overgang van de ene naar de andere toestand komt op een tamelijk voorspelbaar moment, bij een bepaalde snelheid van het paard, of als er telkens meer wandelaars op de brug, of auto’s op de (snel)weg komen. De “parameter” die het switchen tussen de toestanden – de “bifurcatie” van het systeem – uitlokt, is hier dus snelheid (paard) of passanten per tijdseenheid. Dit wordt de (a-specifieke) controleparameter genoemd. De overgang is dus niet-lineair. De toestanden waarin het totale “gedrag” van het systeem min of meer stabiliseert – de fases – worden attractoren genoemd.

Ook biologische systemen zijn cyclische, ofwel oscillerende systemen, waarin zeer veel oscillatoren (slingers) gekoppeld zijn. Het zijn dus dynamische systemen, met als attractoren bijvoorbeeld steeds terugkomende honger, dorst, slaap, lust, etc. Deze attractor-toestanden, ofwel evenwichten en disbalansen, motiveren tot evenwichtsherstel. Honger motiveert eten, dorst drinken, en daarmee herstel van de toestand voldaan voelen, etc. Overigens, juist ook in de niet organische wereld geldt dat praktisch alles uit dynamische systemen en dus gekoppelde oscillatoren bestaat.

Tot zover is het niet moeilijk om dynamische systemen te begrijpen. Bij alle faseovergangen is er sprake van discontinuïteiten. Bijvoorbeeld tussen rijden en file, of water en ijs, zit geen continue (lineaire) overgang. Echter, mensen denken in termen van continuïteit, vandaar dat ons menselijk denken hier tekort schiet. Hoewel we dat niet doorhebben, is de geldigheid van “lineair” denken beperkt. Bijvoorbeeld het verklaren van gedrag vanuit vermeende persoonskenmerken, is lineair – je doet iets omdat je extravert bent, of hebt ergens moeite mee omdat je autistische bent. Hoewel dit denken ons helpt elkaar (en onszelf) te begrijpen, is het zeker niet wetenschappelijk. Toch baseren we hier politiek beleid en Kennis Innovatie Agenda’s op. Laten we een voorbeeld nemen.

Veel mensen zijn te dik, dat is ongezond en komt voort uit een ongezonde leefstijl en voedingspatroon. Om dit aan te pakken, wordt veel onderzoeksgeld uitgegeven. Maar … we begrijpen dit vooral lineair, dus niet vanuit dynamische systemen. Ieder lichaam kent een aantal attractor toestanden, waarin het qua gewicht (omvang) in evenwicht kan zijn. Na een hevige gebeurtenis, bijvoorbeeld een zwangerschap, wordt het evenwicht van het adolescente/vroeg-volwassen lichaam van voor de zwangerschap - dat stabiel was ondanks drank, drugs, seks en rock-and-roll – verlaten. Hoewel, het is mogelijk dat het gehele gekoppelde metabole en hormoon cyclische systeem, keurig terugkomt in het evenwicht van voor de zwangerschap. Echter, en zeker na een aantal bevallingen, is het minstens zo waarschijnlijk dat het systeem stabiliseert in een lichaam dat een paar maatjes groter is. Dat is ontwikkeling en normale veroudering. Kijk maar naar oude foto’s van plattelandsvrouwen uit de vorige (en zelfs voorvorige) eeuw: bijna zonder uitzondering hard werkende vrouwen. Praktisch allemaal maakten ze een wat toen gold – gezonde Hollandse – indruk, wat nu zou gelden als overgewicht. Ook allemaal werkten ze hard, in huis, en vaak ook nog op het land, vele uren per dag, terwijl ze nog niet verslaafd waren aan zoetigheid en Netflix (en andere passiviteiten die in de sportschool voor een uurtje sport kunnen worden afgekocht). Wat zichtbaar is, is een andere attractor-toestand, waarin het lijf als het ware vanzelf terechtkomt na een aantal bevallingen met het verstrijken van de jaren. Vandaar dat men ook spreekt bij dynamische systemen van zelforganisatie. Net als in het voorbeeld van de brug, de snelweg, en de gangen van het paard, heeft het lichaam qua omvang/gewicht een beperkt aantal mogelijke attractorstates: S, M, L, XL. Bij het gezond ouder worden is S vaak niet meer haalbaar. Tussen de attractoren, is de omvang/gewicht niet stabiel. Dit heeft dus allemaal niets of weinig met lifestyle te maken.

Gezonde leefstijl is belangrijk, maar dient niet louter een verdienmodel te zijn van economische machten (inclusief sportscholen, gezondheidszorg en onderzoeksgroepen). Je lichaam zo lang mogelijk houden in een toestand van een 21-jarige is bewonderenswaardig – het vraagt veel discipline, training, etc. – maar levert minstens evenveel frustratie, angst en verdriet op. Zeker, voor sommigen van ons is het een hele tijd haalbaar, maar het is zeker niet de meest “natuurlijke” attractor toestand voor een volwassen lichaam (verborgen anorexia/bulimia). Voor bij wie het echt niet lukt, omdat de andere attractoren na bijvoorbeeld de bevallingen veel te sterk zijn, levert het volkomen onterecht spot, angst en soms zelfs buitensluiting op. Nogmaals, voor velen van ons is het gezonder om beelden van een ouder-wordend lichaam niet te ontkennen. Eeuwige jeugd is een brug te ver! (volgende week deel 3)

Monopoly (SROI2)

Vorige week schreef ik over SROI en het bordspel “ Villagers ”. Mijn zwager wees mij op het beroemde spel Monopoly . De in 1866 geboren Amer...