Freud, de vader van de psychotherapie, introduceerde het begrip Alter Ego, of superego. Het alter ego is de stem van de sociaal en maatschappelijk verantwoorde afgesplitste versie van het ego, het wezen. Het wezen is wie je ten diepste zelf bent, je zelfbewustzijn. Daarentegen is het alter ego het stemmetje in je hoofd dat spreekt wanneer je over de grens of andermans grenzen dreigt te gaan. Tijdens de ontwikkeling wordt het "de ander" die naast (en vaak in plaats van) ons wezenlijke ego bestaat. De "ander" sluipt steeds meer in ons lichaam en onze geest, zorgt ervoor dat we binnen de lijntjes kleuren en bijvoorbeeld diploma's en hypotheken verkrijgen, met als gevolg dat we verslaafd raken aan het supersysteem (maatschappij inclusief voorzieningen). Naarmate we ouder worden, wordt de berekenende, voorzichtige en angstige afsplitsing van ons wezen – de "ander" – steeds meer onze dominante identiteit. Terwijl ons wezen nieuwsgierig, verbonden en op zoek is naar warmte, is onze "ander" hard, want onzeker en koud, want angstig.
Als volwassenen identificeren velen van ons zich zo sterk met "de ander" dat het ons wezenlijke ego (en levenslust) volledig overstemt. In de adolescentie worden velen van ons zich bewust van de spanning tussen ons wezenlijke ego en de 'ander'. Bewust van de identiteit die de maatschappij hen oplegt (de "ander"), zoeken jongeren soms naar essentiële waarden: gender, religieuze identiteit, seksualiteit. Na de adolescentie wordt afwijken van de sociaal geaccepteerde (verwachte) versie van jezelf – de ander – echter al snel gezien als afwijkend, gestoord of zelfs pathologisch.
Mijn vader was anders. Hij had oog voor het samenspel tussen enerzijds wezen (inclusief Id, het oerinstinct) en anderzijds alter ego en las dan ook dikke boeken van (en over) Freud en vooral Jung. Hij geloofde dat het wezenlijke ego een belangrijke connectie kan maken met een soort universeel bewustzijn. Persoonlijkheidskenmerken en pathologieën zoals narcisme en bipolaire stemmingswisselingen behoorden volgens hem tot de "ander". Hij zag de ander als je masker, dat je in staat stelt netjes binnen de lijntjes te kleuren en bijvoorbeeld naar kantoor te gaan. Tegelijkertijd kan het de verbinding met je wezen blokkeren. Om het wezenlijke (dat volgens hem "goddelijke"/zuiver was) te bevrijden, moet de "ander" ingeperkt worden. Mijn vader werd zo een toevluchtsoord voor andersdenkenden, een grensverkenner. Ik voelde me thuis bij mijn vader, omdat mijn atypische aard alle kansen kreeg.
Als je op het plaatje drukt, kan je de clip zien en horen bij Father, will you forgive me?Nu ben ik zelf vader. Mijn jongste zoon schreef de song Father, will you forgive me? Deze song staat op zijn album 12 Questions uit 2023 (Thorvald). In de 12 vragen (songs) gaat Thorvald op zoek naar het wezenlijke zelf, tegenover het gemaskerde zelf (de ander). Wat zou mijn vader trots zijn op zijn kleinzoon! Op mijn nieuwe album (Jim Rensson, I've chosen love) speelde ik een rock cover van Thorvald's Father, want dat ben ik ☺. Voor mij gaat het over het erkennen van je eigen wezen/spiritualiteit, over accepteren wie jij in het bijzonder bent zonder in het hokje geduwd te worden waarin iedereen in het algemeen lijkt te leven. Als we allemaal het leven van de anderen leven, zijn we dan niet slechts marionetten van de meest dominante (economische/technologische) imperatieven die het systeem definiëren? Zijn we dan in die gigantische complexe systeemwereld niet hopeloos verloren?
Op het plaatje zie je naast mij in het midden, mijn vader (links en rechts en Thorvald, links van mij....
Ruimte maken voor essentiële aspecten van het wezen betekent een diversiteitsbeweging mogelijk maken. Dit is een beweging van hoop en geloof in individualiteit. Het voorkomt de blinde opoffering van lichaam en geest alleen maar om bij te dragen aan het in stand houden van de complexe systeemwereld. Het stelt het nastreven van oppervlakkige verlangens naar meer en snellere technologie, fastfood en makkelijk entertainment ter discussie. Diversiteit (DEI) daagt uit wat Trump probeert te verdedigen, vandaar zijn aanval erop: het is makkelijker om een gedachteloze consument (de "ander") te manipuleren dan een levend wezen. Wanneer we met ons wezen voorbij de "ander" op zoek gaan naar onze essentie, bewegen we ons automatisch in de richting van wat Freuds beroemdste student Jung het collectieve onderbewustzijn noemde, waarin al het leven één is. In Thorvald's song ontkiemt, in alle pijn, hoop en geloof in het wezen en daarmee in moeder natuur. I've chosen love!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten