Vooruitgang ligt wellicht goeddeels ... achter ons!
Vooruitgang impliceert een doel te hebben, van a naar beter, naar een nastrevenswaardige utopie. Langzaam maar zeker begint het idee me te bekruipen dat zo'n hemelse staat inderdaad beter buiten deze wereld gedroomd kan worden, in plaats van erin. In onze wereld is "vooruitgang" het verdienmodel geworden van een onstuitbare mondiale economie, die uit eindige middelen oneindige vooruitgang belooft. Dat klinkt hemels, en sluit daarmee dan ook bijna naadloos aan op diverse steeds meer verlaten religies. Maar waar stevenen we op af met ons technologische "vooruitgangsgeloof"? Hoe ziet onze technologische "hemel" eruit?
Hoezeer ik ook mijn best doe, veel verder dan WALL-E kom ik niet. Een verlaten wereld, omdat alle bronnen uitgeput zijn geraakt en leven steeds onmogelijker werd. Een kunstmatig ruimteleven, waarin machines alles van mensen over hebben genomen, "gewoon" omdat het kon en ooit onderdeel was van de vooruitgang-economie. Back to earth. Wat ontbreekt is serieus beleid waarin technologieën worden beschouwd op hun kansen voor het nu en de toekomst, maar ook de gevaren. Wat ontbreekt, met andere woorden, is politieke en wetenschappelijke interesse in technologische iatrogenese (TI). Iatrogenese is de leer die zich bezighoudt met de schadelijke gevolgen van geneeskundig handelen. Een middel dat bijvoorbeeld de ziekteverwekker aanpakt, zal wellicht ook het lichaam verzwakken en als het de ziekteverwekker dan onvoldoende aanpakt, kan het zijn dat de weerstand van het lichaam zelf onvoldoende is geworden juist door de behandeling, met alle denkbare gevolgen van dien. Onze wereld, zeker ook buiten de geneeskunde, zit vol van dit soort dilemma's: als je iets aanpakt, doe het dan stevig, zodat je maximaal kans hebt op succes. Lukt het niet, dan heb je daarmee de huidige status-quo direct stevig op achterstand gebracht.
Vaak is iets voorzichtig of slechts een beetje doen geen oplossing. Je kan bijvoorbeeld niet een beetje proberen te vliegen. Of je integreert tablets in je onderwijs, of je laat ze (grotendeels) thuis. Of je gaat over op elektrisch rijden, of je gaat door met de conventionele technieken. Zijn gevolgen van een nieuwe techniek op de korte termijn al moeilijk te voorzien, op de lange termijn zijn ze volledig onvoorspelbaar. Overzicht trachten te krijgen zonder TI, is als verwachten veilig thuis te komen na een autorit met de ogen dicht. Een belangrijke reden dat er geen politieke en wetenschappelijke interesse in technologische iatrogenese (TI) is, ligt erin dat het geen geld oplevert. Hierin wordt duidelijk dat het economisch denken allesoverheersend is. Daartegenover zou TI (toevalligerwijs heel symbolisch een omkering van IT) de economie temperen. En dat is nodig. Er is geen weldenkend mens die niet weet dat oneindige groei uit eindige middelen onmogelijk is, en dat tempering van de economie dan ook noodzakelijk is.
Laten we wel wezen, er zijn zoveel mooie zaken uitgevonden, die schreeuwen om doorontwikkeling. Wat te denken van de fiets? In principe beschikken we al duizenden jaren over de techniek om een fiets te maken, maar toch is de fiets in haar huidige vorm nog geen 150 jaar oud. Voor ouderen en mensen met een beperking tegenwoordig voorzien van een motortje, of een derde wiel. Of neem de trein, na tweehonderd jaar nog steeds een grootheid in het mobiliseren van de mensheid. Maar luchtvaart, waarvan we weten dat het feitelijk al lang de grens van houdbaarheid en verdedigbaarheid heeft gepasseerd, krijgt van politiek en wetenschap in het kader van het economisch vooruitgangsgeloof steevast een duwtje in de rug. Omdat het leuk is, maar vooral omdat we onze economische psychose niet kunnen verdrijven. Tijd voor TI! Wie durft?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten