vrijdag 9 juni 2023

Er zijn twee soorten mensen... Of niet?

“Er zijn twee soorten mensen…”. U kent de uitspraak vast. Toch erger ik me steeds weer als zelfs journalisten en academici tweedelingen inzetten, die overduidelijk vrijwel direct mankgaan. Een voorbeeld. Bij het bespreken van mogelijkheden om de voor de planeet zwaar belastende technologische (en in haar kielzog economische) samenlevingen aan te pakken die de volhoudbaarheid van ons bestaan op het spel zetten, is het vermeende onderscheid tussen profeten en tovenaars (prophets and wizards). Tovenaars zouden dan geloven in technologie. Ze willen sleutelen aan technologieën, die de huidige problemen stuk voor stuk naar de achtergrond zullen verdrijven (ja, en dan bedoelen ze niet dat er met de nieuwe oplossingen nog grotere en meer ontwrichtende problemen op onze weg komen, wat al geruime tijd wel de harde werkelijkheid is van technologische innovatie). De profeten zouden in eerste instantie niet naar “oplossingen” wijzen, maar daarentegen naar de onhoudbaarheid van de manier waarop we denken de problemen aan te moeten pakken. 

 

Mijn lief zei het gisteravond mooi, tovenaars komen voor in sprookjes, en als ze daar uitstappen, zijn ze feitelijk direct profeten geworden. Ze profeteren dat onze technologie nu nog niet goed genoeg is, maar laat ze nog even door goochelen, dan komt het allemaal goed. Overigens zijn ze vaak niet zelf bezig met technologie, hun goochelen is in praktijk vaak vooral googelen. Ze stellen mensen op hun gemak: “wees niet bang voor de zondvloed, er wordt gewerkt aan een ark”. Maar … daarmee zijn het dus hun profetieën van een hemel op aarde, waarmee ze zich onderscheiden van de zogenaamde profeten, die zich vaak ook (vooral?) richten op het naderend, of dreigend onheil. Daarmee is het onderscheid tussen tovenaars en profeten vervallen. Het wordt: er zijn 2 soorten visionairs, realistisch profeten, en als tovenaars vermomde sprookjes profeten. Maar … dan zijn we weer terug bij “er zijn twee soorten mensen, zij die tot 2 kunnen tellen, en zij die verder kunnen tellen. Want er zijn oneindig veel toekomsten, dus ook een realistische profeet kan onheilsprofeet zijn, of profeet die haar volk leidt door de gesplitste zee, of nog één van een miljoen anderen. De meesten zijn daarbij ook minstens een beetje fantast, of tovenaar, en dus sprookjesfiguur. Zij die kunnen tellen herkennen er weer 2. 

 

Een ander voorbeeld is de tweedeling tussen jagers en boeren. Heerlijk, ook zo’n grappig dom onderscheid, ten minste, als dit historische onderscheid gebruikt wordt als psychologische “typologie”, om 2 typen mensen te onderscheiden. Jagers zijn continu op rooftocht naar nieuwe partners, nieuwe banen, en nieuw bezit. Boeren vestigen zich gedegen en conservatief, huisje, boompje, beestje. Populisme met een wetenschappelijk tintje. Je weet wel direct wat men wil zeggen, het spreekt ons onderbuikgevoel aan. Een gouden formule, met een impliciet logisch appel op dialectiek, een eeuwenoude en beproefde methode om “kennis te kopen” via tegenstellingen als zwart en wit, plus en min. Zo heeft het al snel een zweem van wetenschappelijkheid. Echter, bijvoorbeeld een psycholoog, die in de spreekkamer mensen met de onrust van de jager ontmoet, of juist de gedegen ogende familieman of vrouw heeft zien worstelen met onrust, ziet direct dat deze typologie opnieuw een kwestie is van … kunnen tellen, of niet! 

 

Terug naar de tovenaars en profeten, die allen profeet blijken te zijn. Iedereen die er goed over nadenkt, weet dat onze planeet gebukt gaat onder hoe wij met onze cultuur/technologie/leefwijzen meer nemen dan de planeet kan bieden. Hoe meer technologie er wordt ontwikkeld, hoe erger het wordt, althans, tot nu toe. Als heuristiek tel ik vaak tot drie. Drie uitwegen: 1.Geloof in gedragsverandering (Inner Development Goals) waarmee de afhankelijkheid van technologie wordt verminderd (alleen het meest noodzakelijk in de best doordachte variant behouden: Detech technology), 2. Pessimisme, dat is weten dat het feitelijk al goed mis is, maar dat we er als mensheid niet zelf de stekker uit kunnen halen, dus lekker doorgaan en dansen op de vulkaan en 3. Geloven dat we ergens ooit technologie ontwikkelen die ons echt de hemel op aarde zal brengen (het Sprookjesperspectief). Hoewel ik een goede fantasie heb, ga ik toch voor 1! Maar zeg ik nu eigenlijk niet, zoals het bekende grapje, “er zijn 3 soorten mensen, zij die kunnen tellen en zij die dat niet kunnen”?


2 opmerkingen:

  1. Er is volgens mij altijd (ten minste) een derde groep mensen. De profeten en tovenaars denken het te weten en delen hun inzichten met de wereld. De derde groep mensen is de zwijgende meerderheid die het niet weet en het ene moment de profeet volgt en het andere moment de tovenaar, zolang ze maar niet veel hoeven te veranderen.

    De wereld is niet alleen zwart of wit, er zijn gelukkig veel meer kleuren.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Absoluut, Erno, daar ben ik het helemaal mee eens.

    BeantwoordenVerwijderen

Monopoly (SROI2)

Vorige week schreef ik over SROI en het bordspel “ Villagers ”. Mijn zwager wees mij op het beroemde spel Monopoly . De in 1866 geboren Amer...