vrijdag 25 augustus 2017

De schone schijn van het brein!

Fantastisch, bij de grotten van Lascaux zagen we een expositie over hoe mensen in de prehistorie in de Franse Dordogne leefden. Mens en technologie. Wat is dat toch? Bij elke revolutie in de beschaving - van de nomadisch levende jagers verzamelaars naar de eerste landbouwers met een vaste verblijfplaats (de neolithische revolutie begon zo'n kleine 15.000 jaar geleden), van landbouwers naar arbeiders (industriële revolutie, zo'n paar honderd jaar geleden), en recent van arbeider naar computerbediende (informatietechnologische revolutie) - wordt het leven op individueel niveau gemiddeld eentoniger. Echter, voor de soort als geheel is er na elke revolutie een enorme toename aan mogelijkheden. Een voorbeeld is het vuur. De beschikking hierover bracht onze prehistorische voorouders op slag van de (lage) middenmoot naar de top van de voedselketen. Iedereen kon snel en accuraat een vuur aanleggen, bv voor warmte, jacht (strategie), voedselbereiding en werktuigbouw. Nu kan bijna niemand dit meer (individueel niveau), maar beschikt een ieder vanuit het collectief over bijvoorbeeld verbrandingsmotoren en cv ketels, waarin het vuur zeer exact, efficiënt en precies wordt beheerst.

Het refrein: als soort veel slimmer, als individu minder vaardig. De jagers-verzamelaars ruilden een gevarieerd leven (en eten) met daarin een continu beroep op hun vindingrijkheid om voor een voorspelbaar leven binnen een rigide afgebakend territorium en weinig voedselvariatie (granen en veemaaltijd). Echter, het bracht de noodzaak het vaste grondbezit te beschrijven en verdedigen (eigendomsrechten, hoeveelheden en oppervlaktes vastleggen en verdediging te regelen vanuit de voedseloverschotten). Wiskunde, recht, economie (ruilen-geld-handel) en een hiermee heersende/regerende klasse, gelden als nageboorte van de landbouwrevolutie. Niet een geringe verdienste voor het collectief! Religie - het verbinding van stammen en later hele volkeren via mythes en verhalen - noem ik hier niet, omdat religie altijd de motor van de menselijke ontwikkeling is geweest...

Bij de industriële revolutie (18e en 19e eeuw) herinneren we ons de waarschuwingen van onder meer Marx: om een machine te besturen moeten we denken als een machine. Machine-waardig is niet gelijk aan menswaardig! Opnieuw werd het leven voor velen een stuk eentoniger, en ook hier ontstonden op collectief niveau geweldige noviteiten, zoals trein-, auto- en vliegtuigmobiliteit, radio, tv en huishoudmachines en later vrije tijd. De ICT revolutie (20e eeuw) bracht via onder meer ponskaarten en kettingformulieren het bureaucratiseren 2.0 en het digitaal en zwart wit denken, alsmede het letterlijk en figuurlijk goedkoop maken van wat tot dan toe "heilig" was (muziek, kunst, wetenschap). Nu lezen we in de krant dat de voormannen van de nieuwe artificiële intelligentie revolutie (21e eeuw) onder aanvoering van Elon Musk waarschuwen voor AI-wapens, waarbij individuen al hun soevereiniteit kwijt dreigen te raken.

Dus voor de individuele mens een teloorgang van een divers en rijk leven, geschonken doordat ons brein onze biologie zo'n 40.000 jaar geleden tot randvoorwaarde verbande (zie Robert Pirsig in Lila: "society defeated biology"). Onze biologie biedt een hardware-systeem, een "emulator", waarop we enorm veel speelruimte hebben en diverse "culturele" systemen - religies, theorieën, kunsten, concepten, stereotypes, bestuursvormen, NGO's en multinationals -  kunnen ontwikkelen en afspelen. Culturele software op biologische hardware. Incongruentie is de kracht van de voortgang, of ontwikkeling, hoewel we het liefst de clashes tussen verschillende opvattingen en culturen wel beheersbaar houden. Toch zijn er biologen die menen dat sinds de eerste Homo Sapiens ons brein (dat dus door het buiten de deur zetten van de biologie niet meer zonder meer evolutionair te beïnvloeden is) steeds iets kleiner wordt (Henneberg stelt 10% afname de laatste 30.000 jaar). Kennelijk hebben we nu minder brein nodig, dan onze jagende en verzamelende voorouders! Als dit doorzet duurt het nog zo'n 200.000 jaar eer we weer op de breininhoud van onze naaste nog levende verwant zitten, de chimpansee.

Hoewel het van belang is in te zien dat cultivatie/cultuur/innovatie het dus waarschijnlijk uiteindelijk niet beter doet dan biologie, is het natuurlijk een fantastische en spannende tijd waarin we nu leven. Want, op collectief niveau zijn we heel wijs geworden, ook al zal het voor de moraal waarschijnlijk steeds ingewikkelder worden om individuen gelukkig, of op zijn minst tevreden te krijgen en houden! Waar iedere groep chimpansees via alpha-leiders worden gestuurd, en bonobo's het meer egalitair doen, kunnen wij opgevoed worden in democratie, en soms in het weekend terugvallen in apenrots-gedrag. Nogmaals, op onze hardware zijn vele survival games afspeelbaar; in zekere zin zijn wij al een paar honderdduizend jaar biologisch geconstrueerde culturele (= artificiële) intelligentie. In het kort, voortgang en ontwikkeling zijn inherent gekoppeld aan de mens, op zowel het individuele niveau, als het collectieve niveau. We zouden soms moeten beseffen dat de verrijking op het collectief niveau netto in laatste instantie ten koste van het individueel niveau gaat. Voortgang en ontwikkeling zijn niet per definitie gelijk aan vooruitgang. Op naar de volgende 30.000 jaar AI!

PS wel graag voor dezelfde prijs: "slechts" 10% verdere krimp van ons brein in de komende 30 millennia!

vrijdag 18 augustus 2017

Wetenschap in de uitverkoop?!

Nog steeds op vakantie, ondertussen op een camping in het Champagne district, besef ik dat ik me vorige week met de blog "de leefstijl-maffia" wellicht wat buiten mijn vakgebied - brein en technologie - heb begeven. Graag wil ik deze week de link verduidelijken. Eerst even terug naar mijn vakgebied. Waar het mij om gaat is dat moderne data-analyse dankzij a) enorme computercapaciteit, b) heel veel beschikbare data en c) slimme algoritmes de mogelijkheid biedt om gepersonifieerd naar mensen te kijken. Naar sub-patronen binnen populaties. Zo heb ik voor een hoger onderwijs organisatie naar patronen gezocht in de beschikbare data, waaronder cijfers, aantal kansen per toets, aantal gehaalde punten per periode, wel of niet informatie zoeken op de Blackboard systemen, etc.

Er bleken eilandjes van studenten (subpatroon) in de data te bestaan. Bijvoorbeeld een groep studenten (eiland) die alles in één kans haalden, maar met als gemiddelde van al hun cijfers een 6,4. Een ander "eiland" wordt bevolkt door studenten die bijna 2 keer zo lang over de studie doet, gemiddeld een substantieel deel van de toetsen herkanst, maar wel met gemiddeld een kleine 8. Als je alleen naar het cijfer kijkt dus prima studenten, maar met de inefficiëntie en traagheid erbij wellicht toch veel minder aanbevelingswaardig. Hoewel, wel doorzetters. Dit laat zien dat door alleen naar het cijfer te kijken - uni-lineair - je de toppers die goed en snel presteren niet in beeld krijgt. Maar door eendimensionaal te kijken, ligt een master of PhD voor de zeer efficiënte studenten buiten bereik, en dat is een enorme verkwisting van potentieel talent (en tevens een overwaardering van de middelmatigheid).

Hoe ik tot de eilandjes kom is de techniek van het algoritme. Ik zal er kort op ingaan, maar voor wie alleen het betoog wil volgen, kan ook verder gaan bij de volgende alinea. Zo bleken er studenten te zijn die alle toetsen in een keer haalden (de factor kans - het gemiddeld aantal keren benodigd om een toets te behalen - staat op 1, maar met een relatief lager cijfer (6,4). Andere studenten herkansten een substantieel aantal vakken (factor kans ligt beduidend hoger, bv op 1,4) en hadden uiteindelijk een gemiddelde dat significant hoger was 7,3). Ook met betrekking tot het studietempo zaten er verschillen: sommige studenten haalden slechts 40 van de 60 studiepunten (factor realisatie 0,66) terwijl een ander “eiland” studenten bevatte die zelfs meer vakken haalden dan de norm, ze pakten er even bij andere opleidingen punten bij (68 punten in plaats van 60, factor 1,13).

“Eilanden” kunnen ook voor specifieke mensen/patronen binnen het leefstijldomein staan. Door slimme analyse in te zetten in het leefstijldomein, zo veronderstel ik, zal blijken dat bijvoorbeeld sommige "eilandjes" van mensen baat hebben bij een koolhydraatarm dieet, maar sommige mensen wellicht geheel niet. Laten we het omdraaien. Er zijn ongetwijfeld mensen die baat hebben bij cafeïne. Of anderen bij vet eten. Of alcohol. En dan bedoel ik echt baat, dus die er grotere moeilijkheden mee afwenden. Zo is het ook met BMI: er zijn ongetwijfeld "eilandjes" van constituties die een ander - hoger, lager - BMI als ideaal (attractor) hebben. Door iedereen met slechts een schaal te meten, richten we wellicht ook schade aan. Mensen die buiten de norm vallen, maar wellicht volkomen gezond zijn, worden gestigmatiseerd, bv als anorectisch of dik. Ze ontmoeten steevast vooroordeel: "Die mag wel eens gaan eten, of meer gaan bewegen". En nog "wetenschappelijk" onderbouwd ook!

Nu zult u zeggen dat richtlijnen gebaseerd zijn op evidence-based-practice . Maar iets is prima evidence based indien 70% van de mensen er baat bij hebben, en er 10 tot 15% niet (duidelijk) slechter van wordt. Blijft er nog 15 a 20% over. Zij worden er wel slechter van! Uni-lineair denken, niet meer nodig met onze huidige datatechniek. Stel je voor. De meeste mensen in Nederland wonen in de randstad. Een evidence based richtlijn (algoritme) om in Overijssel te komen is snel gemaakt. Maar mensen die dit toepassen vanuit Groningen of Limburg, komen hiermee bedrogen uit. Gelukkig werkt TomTom niet evidence based, maar via actueel gsm signaal map/theory based. De zorg kan hier veel van leren. Toen ik nog in de ouderenzorg werkte, kwam ik regelmatig 80 plussers tegen die goed in hun vel zaten, letterlijk en figuurlijk, maar volgens de huidige norm waarschijnlijk omschreven worden zouden worden met de term obesitas. Kunnen we niet, net als TomTom, per persoon kijken wat de individuele route is tot Healthy Ageing?

Soms lijkt het er wel op of de medische/gezondheids wetenschap zich op dit vlak in de uitverkoop heeft gedaan. Overal liggen normen, soms zichtbaar inconsistent/incongruent. Nergens lijkt er oog te zijn voor wat ik "eilandjes" heb genoemd. Als data-analist vind ik dat op zijn minst merkwaardig. Ik vraag me af, komt dit uni-lineaire denken de leefstijl-industrie commercieel gezien toch niet erg goed uit?

vrijdag 11 augustus 2017

De leefstijl maffia!

Heerlijk, op de camping in Frankrijk aan de Loire, hoor ik het nieuws op afstand. Landgenoten praten over de fipronil-crisis, die toch weer deels blijkt te berusten op hét achterhouden van informatie en wachten met uitspelen tot er gescoord kan worden, bijvoorbeeld in de zomervakantie, als er minder nieuws is!? En natuurlijk zijn degene die het nieuws naar buiten brengen, zoals altijd, de helden. Terwijl we de tent inpakken om verder te trekken denk ik er over door: door voor redactioneel gewin te wachten met het "uitspelen" van de kwestie, heeft het hele land al die tijd van de besmette eieren kunnen eten. Vanwege een onderzoeksjournalist/redactie ("held") die heeft gewacht tot de nieuwskomkommertijd. Of waren de eieren niet zo gevaarlijk?

Als we afreizen dwalen mijn gedachten af naar algemenere leefstijl-items. Zaken zijn in de gratie en even later onverbiddelijk uit de gratie. Mijmerend denk ik nog even aan Amboise, waar we het graf van Leornardo da Vinci bezochten. Zou hij, geboren in deze tijd, al voor zijn 10de aan de Ritalin hebben gezeten? Op welke leeftijd kreeg hij de diagnose ASS? Of niet, als hij in een milieu geboren werd, waar de leefstijl niet zo nauwgezet werd geredigeerd. Onderweg naar de Dordogne, Sarlat, overdenk ik de afgelopen weken thuis, waarin we heerlijk hebben kunnen rommelen in ons nieuwe huis ... uit 1906! De verkoop van ons vorige huis was heel leerzaam. Al hadden we er slechts 4 jaar gewoond, alles was anders dan bij vorige verkopen. Er is een nieuwe norm, bepaald door een nieuw beroep: de woonstyliste. Kijk maar op Funda, alle huizen zijn volstrekt onverkoopbaar als deze beroepsgroep de verscheidenheid niet tot eenduidigheid heeft omgetoverd. Alle huizen dezelfde look! Ik begrijp dat de inwisselbaarheid van huizen ook de bewoners inwisselbaarder heeft gemaakt, en dat daar het succes van airbnb ook impliciet op is gestoeld: we kunnen direct in elkaars huizen uit de voeten. Op Funda zoekend zie ik af en toe een huis dat nog niet is ge-restyled. Met rommel en snuisterijen geeft de laatste bewoner zich onbedoeld bloot: stokoud, of psychopathologie (bv schizofrenie), of nog erger, een (meestal) man met een hobby. Zo jaren '80!

Enfin, we zijn niet van plan snel weer te verhuizen, dus schilderen we de muren in opvallende kleuren (sorry stylist) en vullen we de vertrekken met onze hobbies. Muziekinstrumenten, techniek, computers. Terug in de tijd. Muziekje erbij. David Bowie, 5 years. "All the fat skinny people, all the tall short people, I'd never thought I'd need so many people". Sommige mensen zijn mager, sommige gezet, sommige lang, en sommige kort. We zijn allemaal nodig. Das war mal! Hoewel constituties tussen mensen verschillen, net als behoeften, geschiedenissen en toekomsten, lijken we tegenwoordig nog vooral slechts 1 leefstijl na te streven. Eén model en heel veel commercie en professionals (inclusief het "tijdschrift-publicatie-bedrijf-wetenschap-dot-com") verdient een boterham met het "marketen" en "wetenschappelijk" onderbouwen van het modelleven van de ideale moderne mens. Met het geven van advies, gevraagd en ongevraagd. Een leefstijltank die door de beschaving dendert. Wel visolie, geen koolhydraten, wel benzine, geen diesel, bewegen volgens de smartwatch, inrichten volgens vt-wonen. Iets is in, of out, wel dit, niet dat. Bijeffecten zijn niet onderzocht (wat als een subpopulatie mensen van koolhydraatarm eten een vorm van darmkanker ontwikkelt?), maar dat is wellicht de boterham van morgen. Immers, hoe vaak worden we niet geconfronteerd met gewijzigde inzichten? Heroïne, asbest, fossiele brandstoffen, om er een paar te noemen, ooit onthaalt als grote oplossingen. Nu weten we allemaal wat goed is, en hebben we leuke "smarte" techniekjes om ons op het rechte pad te houden. Maar mensen verschillen en hebben soms behoeftes op maat. Zijn we wel allemaal hetzelfde? Wat als iemand van een glas water al "dik" wordt, gewoon omdat zijn/haar constitutie zo is? Is zo'n iemand dan gedwongen zich voortdurend als deviant, schuldig te beschouwen? Of de arme als mislukt?

Door slechts één norm te promoten, staan hele volksstammen buiten spel en moeten leven met een chronisch gevoel van tekort schieten. En de onderbouwing van die norm is fragmentarisch, modieus en niet gestaafd aan hogere, duurzame (bv ethische, filosofische, religieuze) kaders en daarmee armoedig. Wat als je tracht je gewicht als een jojo via je dieet binnen de norm te houden, maar je constitutie vraagt op een gewichtiger niveau van onderhoud? Wat als je 2 uur per dag piano speelt, in plaats van je stappentel target te halen? Of je huis inricht zonder op de styling te letten?

Ik draai door. Bovendien hebben we onze bestemming bereikt, een mooie camping. Laat ik snel ophouden met mijmeren over mijn nog in te richten huis, en op de camping dit keer maar wel de WiFi-code vragen en de netwerk en sociale media-apparaten weer aansluiten. Een muziekje moet tijdens het wijntje nog wel kunnen, toch. Dan maar Pink Floyd, Welcome to the machine! Gemachineerd door de sociale media en de leefstijlmaffia? In de blog van volgende week meer hierover...

vrijdag 4 augustus 2017

Genialiteit kent vele gezichten

Zo midden in de zomervakantie is de afstand tot het schoolse leven maximaal. In de krant lees ik over wonderkinderen. Een 3 jarige peuter die kan (rock)drummen. Een 8 jarige die ingewikkelde berekeningen doet en een meid van 20 die al is gepromoveerd. Zelf heb ik zo'n "wonderkind" van nabij meegemaakt. Peter was een 6 jarige jongen die volkomen uit het niets, zo leek het, tweehandig de klassieke meesters op de piano speelde, op een eenvoudig derdehands keyboard, want zijn ouders (mijn kennissen) hadden totaal geen interesse in muziek. Zonder les. Waar komt dit vandaan? Het lijkt ondergedetermineerd door leren en ervaring.

Noam Chomsky en na hem o.m.Jerry Fodor toonden al in de jaren 60 aan dat vaardigheden als taal en logica altijd ondergetermineerd zijn door leren en ervaring. En dat geldt niet alleen voor wonderkinderen; (praktisch) alle kinderen leren in slechts een paar jaar tijd hun moedertaal, op grond van gebrekkig aanbod, vol met fouten. Ze destilleren uit de onvolmaakte spreektaal (fout aanbod: veel halve zinnen, incongruente vervoegingen etc.) "vanzelf" de juiste regels, want ze kunnen al heel jong aangeven of een zin of vervoeging correct is of niet (een zogenaamd welgevormdheid oordeel geven).

Zeker zo verbazingwekkend als de wonderkinderen, is het gegeven dat veel science, art en game-changers als kind juist vaak een vertraagde ontwikkeling hebben laten zien. Van Alessandro Volta, de uitvinder van de batterij in 1800, is bijvoorbeeld bekend dat hij zeker tot zijn zevende sterk achterliep (zijn ouders dachten zelfs dat hij achterlijk was). Ook Wilhelm Röntgen bezocht het zogenaamde buitengewoon lager onderwijs (BLO, notabene in Apeldoorn), en andere beroemde voorbeelden zijn talrijk: niet alleen Albert Einstein, maar ook de cv's van vele hedendaagse hoogleraren laat een weg zien via mavo, havo en vwo naar hun wetenschappelijke carrière.

Om kort te gaan, grensverleggers - genieën - zijn er in vele soorten, van wonderkinderen (Jean Piaget, bv) tot gewone leerlingen, van goede tot trage en zeer trage leerlingen. Allemaal even fascinerend, en onbegrepen vanuit didactische, pedagogische en psychologische kaders. Fysieke verschillen en voor en nadelen daarvan in uiteenlopende contexten, kennen we allemaal. Klein, snel en wendbaar, bijvoorbeeld, tegenover groot en krachtig. Het ene is niet beter dan het andere, elke "bouw" is soms in het voordeel, soms in het nadeel. Maar, hebben we voor cognitieve ontwikkeling maar een beeld?

Op school is vooral oog voor goede = snelle presteerders. Tja, natuurlijk hebben we remedial teaching voor achterblijvers, maar zelden beseffen we dat sommige achterblijvers tot genieën zullen uitbloeien. Al op de lagere school is de didactiek zo sterk gerelateerd aan gemiddelde ontwikkeling (normaalverdeling), dat uit datamining is gebleken dat de geboortemaand de kans op schoolsucces en daarmee indirect carrièresucces mede voorspelt: jonge leerlingen (geboren in mei of juni) hebben een grotere kans om achter te gaan lopen dan oudere leerlingen (geboren in november of december). Sommige kinderen ontwikkelen überhaupt atypisch, in andere volgorde. 

Mooi zou het zijn als we diverse types van ontwikkelaars kunnen onderscheiden. Door toepassing van moderne data-analyse technieken (machine-leren) zouden meerdere min of meer typische patronen van ontwikkeling kunnen worden onderscheiden. Zo zullen sommige kinderen wellicht heel lang exploreren in de ene fase en dan pas doorgaan naar de volgende, terwijl andere kinderen reeds op jonge leeftijd een spurt lijken te nemen, en wellicht later weer worden ingelopen. Vele andere patronen, waar wij geen weet van hebben, kunnen door patroonherkenners worden ontdekt. Maar helaas is de werkelijkheid precies omgekeerd: ICT toepassingen versmallen de blik (ze gaan over ieder kind in het algemeen), eerder dan dat ze helpen meer naar ieder kind in het bijzonder te kijken.

De nu dominante manier van schoolrijpheid en niveau bepalen, met standaardtesten al voor 4 jarigen, is zeker niet zonder risico's. We moeten uitkijken dat we door meer automatisering/standaardisering niet nog sterker van slechts 1 type ontwikkeling uitgaan. Want zoals gesteld maakt toepassing van techniek - moderne data-analyse -  een gepersonifieerde didactiek mogelijk. Verscheidenheid, of beter, verschillendheid in kaart brengen, in plaats van onverschilligheid. Maar slechte of onvoldoende doordachte toepassingen (zoveel mogelijk ICT omdat we van deze tijd zijn, of een dergelijk kul argument) bewerkstelligen juist het omgekeerde: onverschilligheid!


Ik ben er weer!

Ik ben er weer! Een jaar geleden hield het op. Als je spreekt van hoofd en hart, was ik volledig gaan samenvallen met mijn hoofd. De verbind...