Vorige week had ik het over Freud. Een van de grote verdiensten van Freud bleef daarbij onbenoemd, namelijk het feit dat hij een leer van psychologische/psychiatrische ziektes ontwikkelde, waarin de abnormale toestand als een uitvergroting of disbalans van de normale ontwikkeling wordt gezien. Iedereen bezit een oerdrift (Id), een moreel kompas ofwel alter- of superego, en daartussen in het handelend ego. Dit ego wordt soms door oerdriften opgehitst en moet dan bij het uitleven van zo’n drift dit nauwkeurig afstemmen op de mogelijkheden en vereisten die het superego en de maatschappij haar oplegt. Deze structuur geldt voor iedereen, maar disbalansen leiden tot verschillende stoornissen, of sublimaties (veredelingen), die van gestoord tot verdienstelijk kunnen zijn.
Met de “neurodiversiteit beweging” trachten meer recente theoretici ook om zaken als autisme en ADHD te plaatsen als andere ontwikkelingen op een aantal variabelen (gerichtheid op detail, gerichtheid op analyse, etc) die min of meer een spectrum van mogelijkheden weergeven. Bepaalde configuraties kunnen leiden tot handicap, beperking of ook talent. Echter, ook nu wordt door de critici het concept neurodiversiteit steevast een buzzword genoemd, dat vooral gebezigd wordt door mensen binnen bijvoorbeeld het autisme spectrum die zelf meer dan voldoende compensatie mogelijkheden (bijvoorbeeld intellectuele capaciteiten) hebben. Daarmee zouden dan minder begaafden mensen binnen hetzelfde spectrum tekort worden gedaan, zij zijn echt gestoord, zie bijvoorbeeld de podcast “Hoe kunnen mensen met autisme zichzelf zijn?” van de Vlaamse kinder- en jongerenpsychiater Jean Steyaert (UPC Leuven). Maar waarom hebben we het bij een laag begaafde persoon met autistische trekken over dezelfde stoornis als bij een persoon die met een hyper-focus en een groot analytisch vermogen de top haalt? Waarom zouden ze beiden autisme spectrum stoornis hebben?
Argumenten zouden moeten komen uit een perspectief
zoals Freud dat voorspiegelde, een leer waarin abnormal en normal
psychology in één en hetzelfde kader begrepen kunnen worden. Want
anders - als gekscherend gezegd Bill Gates een autistiform genie is en Rainman
een autistiforme stumper - is het “verklaringsmodel” (autisme als deels
genetisch verankerde predispositie die door milieu factoren en andere
ontwikkelingsobstakels uitgelokt kan worden) vooral een juridisch model, een
normatief imperatief dat verwijst naar een moreel kader. En daar hadden we toch
het alter ego? Moet het alter ego gestalte krijgen in de vorm van de psycholoog/psychiater?
Ben je gek, we zijn, zoals mijn lief Victorine beschreef in twee door mij op
muziek gezet liedjes, allemaal velen in één: Alter Ego! Jazeker, er is More than meets the eye!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten