vrijdag 30 november 2018

Saxion AMA ICAP 2018: Techniek en inclusiviteit

Op de International Conference on Applied Psychology mocht ik het slotwoord doen. Hier mijn (bijna) letterlijke tekst in het Nederlands vertaald:
Praktisch alles dat we doen, wordt op enigerlei wijze gemedieerd door technologie. Een menselijke wereld zonder technologie is bijna ondenkbaar. Geheel aangekleed wandelen we in onze schoenen op verharde wegen, in tientallen netjes verbonden goed gestructureerde infrastructuren: dorpen en steden. Technologie verkleint afstanden, overbrugt oceanen en verbindt continenten. Architectuur - gebouwen, meubels behoren tot technologie. Maar wat heeft technologie nu met diversiteit te maken?

Technologie "produceert" ongelijkheid in de mogelijkheden tot adaptatie en daarmee de discussie over diversiteit. Heel simpel, stel je voor dat verplaatsen alleen per voet kan plaatsvinden. Dan is het veel minder een probleem dat bijvoorbeeld een kind slecht of niet ziet, of hoort. Overreden kunnen worden door auto's of fietsen was niet aan de orde. Al doende kon het kind leren te navigeren op de zintuigsystemen die in tact waren, en wellicht zelfs extra aangescherpt zouden raken (compensatie strategieën).

Maar onze wereld is zo complex gemachineerd, dat er beslist geen speelruimte is voor mensen die net iets anders zijn. Dit geldt zeker ook voor kinderen die net iets anders - beter of juist slechter - leren dan andere kinderen. Het onderwijs is ingericht op het gemiddelde kind. In deze context is het een zeer uitdagende gedachte dat een kind dat het erg goed doet op school in zekere zin een erg gemiddeld kind is. Van de wieg tot het graf worden we ingelijfd in een complexe technologische context. Het onderwijs kan gezien worden als een high tech omgeving pur sang. Niet alleen staan de scholen bomvol met technologie, ook de methodieken die gehanteerd worden zijn als complexe menselijke constructies technologie.

Dus technologie geeft ons allen handen en voeten, en vleugels, letterlijk en figuurlijk. Ze beschermt ons en brengt ons in gevaar. Omdat ons handelen door technologie aan daadkracht toeneemt - een hamer is sterker dan een vuist, een auto is sneller dan wij ooit kunnen zijn - neemt de afstand tussen mensen die wel en niet mee kunnen komen in de adaptatie aan technologie ook toe. Arm en rijk in de wereld is voor een deel een kwestie van wel of geen gemakkelijke toegang hebben tot de meest vooruitstrevende technologie.

De kans op toevallige vondsten, serendipiteit, neemt af als we minder vrije speelruimte hebben. Tijdens het ICAP congres bij Saxion in Deventer, deed keynote spreker Alexander Grit een vurig pleidooi ter bevordering van serendipiteit. Maar al als kleine kinderen leren we met smart devices te presteren in voorgeprogrammeerde taken. We leren te werken voor creditpunten, voor highscores. Zelden kunnen we vrij exploreren, ontdekken, en aanrommelen. Vorige week sprak ik van de door technologie gestolen kindertijd. Maar jullie, het ICAP publiek, voornamelijk aankomend psychologen, staan voor sociale connectie. Voor een wereld die rijker wordt, als er meer kleuren geaccepteerd worden. Ook een wereld die, zoals keynote spreker Marcel Hurkens vurig bepleitte, neurodiversiteit niet als stoornis opvat, maar als noodzakelijke variatie in de menselijke psyche en cognitie; een noodzaak om vooruit te kunnen komen. Een wereld waarin, zoals keynote spreker Job van 't Veer naar voren bracht, toegepaste psychologen uitgaan van een diepgaand begrip van doelgroepen, en garanderen dat gebruikers als mede-ontwerpers betrokken zijn bij de ontwikkeling van nieuwe oplossingen die inclusiviteit ondersteunen.

De mens is als soort een sociaal wezen. Technologie biedt kansen om juist de door technologie ontstane kloven tussen mensen die wel en niet kunnen adapteren aan de standaard versies van technologie, te voorzien van speciaal toegeruste versies. Technologie voor slechtzienden, technologie om sociaal angstigen te helpen, technologie om doven toch te leren "verstaan". Er zijn vele mogelijkheden, en juist nu technologie via code in het talige domein is gekomen (programmeertaal), zijn er kansen voor toegepast psychologen om technologie te helpen ontwikkelen die bijdraagt aan een inclusieve samenleving. Na de drie geweldige Keynotes en veel prachtige workshops, hoop ik dat de studenten geïnspireerd zijn om de handschoen op te pakken. Immers, en dat werd tijdens het congres opnieuw zeer duidelijk, gedrag en technologie zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Psychologen die technologie negeren - zowel in de problemen die door slechte adaptatie veroorzaakt worden, als in de mogelijkheden die ze biedt in het over beperkingen heen komen - ontnemen zichzelf een belangrijke toekomst. Wellicht vinden sommige studenten gedrag en technologie als vak nog niet zo interessant. Maar juist hier is ruimte voor serendipiteit, het is vreemd genoeg een nog grotendeels onontgonnen terrein. Aan jullie de uitdaging: maak de toekomst!

1 opmerking:

  1. Een mooie blog van @lectorjwdegraaf over een heel interessante conferentie waar ik namens @hrpluscoaches en @itvitae en met collega @annikarekers mee invulling aan mocht geven.

    BeantwoordenVerwijderen

Ik ben er weer! Een jaar geleden hield het op. Als je spreekt van hoofd en hart, was ik volledig gaan samenvallen met mijn hoofd. De verbind...