vrijdag 17 december 2021

Mensenmassa's

In de kunst, met name de schilderkunst en de literatuur en later ook de muziek, zie je in de 19de eeuw de opkomst van de grote mensenmassa’s, en dan vooral de angst voor vervreemding in zulke massa’s. Waar mensen altijd in qua getal relatief beheersbare gemeenschappen leefden – werk, gezin en geloof – werden met de eerste industrialisatie (produceren volgens blinde copy-paste procedures) grote anonieme mensenmassa’s buiten het strijdtoneel steeds meer algemeen. Een massa bestaat uit mensen die elkaar niet kennen, maar wel herkenbaar voor elkaar zijn, omdat ze bijvoorbeeld allemaal in een fabriek werken, of, allemaal uit alle windrichtingen naar een “arena” van hun favoriete spektakel of artiest gaan. Ooit waren ze er niet/nauwelijks, de anonieme ruimten, zoals pleinen, winkelcentra, snelwegen, bevolkt door mensen - de anonieme medemens - die je niet kent, maar desondanks voorspelbaar gedrag vertonen. Nu we met grote getalen in de grote steden wonen, zijn praktisch alle publieke ruimten - pleinen, winkels, wegen, openbare vervoersmiddelen – anoniem geworden. We zijn gewend geraakt aan de massa’s, we zijn ze als normaal gaan beschouwen. 

We zijn ze ook gaan ontvluchten, nu in een "nieuwe" dubbele realiteit. In de digitale ruimten zijn we niet anoniem, in ieder geval niet voor onze (virtuele) vrienden. Beter virtueel verbonden, dan verloren in niemandsland, beter een fopspeen dan niets. Nu we in de fysieke gedeelde wereld, die we met snelle mobiliteit zo snel kunnen doorkruisen, grotendeel vreemden voor elkaar zijn geworden, is het zo begrijpelijk dat we de smart devices met beide handen aangrijpen, om dezelfde beeldtaal te delen met al die andere "vreemden", en zo toch weer bekenden van elkaar te worden. Geglobaliseerde wereldburgers, we herkennen elkaar zonder dat we elkaar kennen. 

Toch dreigen we hiermee ook steeds dieper in een impasse te geraken; we vervreemden van onze eigen levens, omgevingen en culturele tradities, en grijpen ons vast aan de digitale werkelijkheid van 0 en 1, fake en feit. Vorige week schreef ik over 1984, en over hoe de geschiedenis in dat verhaal elke dag herschreven kan worden, als dat in de actualiteit beter uitkomt. De dictatuur van de tegenwoordige tijd, met daaraan ondergeschikt gemaakt zowel de verleden tijd, als de toekomstige tijd. In 1984 is dat laatste, geen toekomstige tijd die het handelen van vandaag zin of perspectief geeft, heel letterlijk genomen; alles is grauw, uitzichtloos en toekomstloos. Als mensen met een onbestemd toekomstperspectief (dromen en doelen), dobberen we doelloos op een oceaan van directe bevrediging, van TikTok en Insta, van Netflix en Spotify, met onbestemde verwachtingen van nog meer technologisch "heil" (dat vaak achteraf minstens ten dele nieuw "onheil" bleek te initiëren: Pandora's Doos). En deze oceaan is zo onmetelijk grenzeloos, zo uitgestrekt, dat passief ondergaan, je mee laten drijven met de waan van de dag, het meest voor de hand liggend is. Het draagt dan bij aan het realiseren van “jouw” (volkomen globaal ontstane) “doelen”: een opleiding hier, een huisje, boompje, beestje daar. Of daar andersheid, liefde, toewijding, eigenheid beter in past dan in 1984, is voor mij nog steeds de vraag.

Maar er is een weg terug naar een wereld met meer verbondenheid en kleinere schaal. Die weg is – paradoxaal – juist recht vooruit! Meer natuur, en veel minder AI en digitalisering als beschouwen, ook al kunnen we niet zonder technologie. Want zonder technologie kunnen we niet leven, althans de overgrote meerderheid van de mensheid (waaronder zeker ook ik!) zou binnen enkele weken letterlijk de vergetelheid zijn binnengetreden. Maar met een nog steeds oplopend tempo van technologische vernieuwing – digitale transformatie – eindigen we eveneens met lege handen, op een van diversiteit beroofde planeet, waar de grootste dwazen (Bezos, Musk ...) zich letterlijk van afwenden, de ruimte in, ongeveer zoals Pixar Animation Studios dat in 2007 zo treffend verbeelden in de film Wall-E

Hoe dan ook, het optimisme waarmee regering na regering meent dat we vooral moeten bijblijven met nieuwe technieken, lijkt me minstens volkomen misplaatst. Investeren in nog meer vervreemding, in nog meer natuurlijke teloorgang, lijkt me iets dat de BigTech bedrijven prima zelf kunnen, daar hebben ze de overheden en kennisinstellingen niet voor nodig. Maar investeren in die smalle weg uit de crisis die een kleine 4 eeuwen Verlichting heeft opgeleverd, lijkt me uiterst relevant. En laten we daar voorlopig het licht van Kerstmis maar bij koesteren, breed verbreid en kleinschalig tegelijk. Misschien is dat een voorbeeld: Fijne Kerst!


dinsdag 14 december 2021

Share our Love (this Christmas)


In my teens and early twenties, still a teenager, my band – Jim Rensson and the Crew – and I set ourselves the goal of hitting the stage at least once a week. We performed in the alternative circuit, where (punk) new wave was popular in the 80s. Now that I'm in my sixties, my goal is about the same, but now to give a weekly lecture about my chair, Brain & Technology. This year it worked, at least if I don't measure the holiday weeks. Everything comes together at home, music and talking/thinking/writing about the dangers and possibilities of technology for our mental well-being (and, more generally, the well-being of the planet), with my family and my dear Victorine, with whom we also recorded a Christmas single this year. Here you will find the clip: Share our love this Christmas. Words by Victorine, Music by Deborah (& partly me), clip by Deborah and sung by Victorine, Tessa, Deborah, Thorvald, Dorinthe and me (with Tom van Timmeren on drums, Deborah on keyboards and piano, and me on (bass) guitars).

donderdag 9 december 2021

Systeemdementie: 1984

Een boek dat me van jongs af aan heeft geïntrigeerd, is 1984, van George Orwell. Juist als kind voelde ik me vaak een vreemdeling in een vreemd land, begreep ik niet waar al mijn leeftijdsgenoten zich druk over maakten, en vooral niet waarom ze niet of nauwelijks geïnteresseerd leken in de zaken die ik mateloos fascinerend vond. In 1984 vond ik het contrast tussen de technologisch gedomineerde wereld, waar systemen belangrijker waren dan individuen, en de romantische liefdesrelatie tussen Winston en Julia (en de knipoog daarin naar het beroemde verhaal van Shakespeare) ongelooflijk meeslepend. Twee werelden, de natuur dodende systeemwereld, en de uiteindelijk toch door het systeem verpletterde natuurlijke romance, de liefde, de roos, die verwelkt en aan het eind een nekschot zou krijgen. In de dystopische voorspellingen over dat systeem, vond ik één aspect fascinerender dan alle andere: het nieuws en daarvan afgeleid de geschiedenis kon elke dag keer op keer herschreven worden, zonder een spoor naar de vorige versie van de tekst; de dictatuur van de presence.

Gisteravond las ik voor het slapen gaan nog even m’n mails door. Eén van mijn fijnste collega’s mailde met de vraag of hij in het document dat ik vandaag moet presenteren, even wat opmerkingen mocht maken. Een andere (eveneens heel fijne) collega was me voor, en schreef aanmoedigend dat hij vooral zijn gang moest gaan. Ik besteedde er geen aandacht aan en ging slapen. Vannacht droomde ik van 1984, van hoe zelfs kinderen en ouders tegenover elkaar komen te staan door “dubbeldenk” (2 wederzijds uitsluitende ideeën worden gelijktijdig als juist gezien). Zo wil ik de aarde redden, en lever ik mijn bijdrage door posts op ... het internet. Mijn kinderen zijn overtuigd veganist, maar willen dat juist niet posten op de sociale media, want dat kan voor jonge mensen serieuze gevolgen hebben. Orwell voorzag dat technologie ons deze kant uit dreef, en schreef over “Newspeak” een nieuwe globale taal met beperkter en tegelijkertijd continu veranderend vocabulaire. Ik spreek de taal niet meer, en klink in het Nederlands al verouderd, laat staan in het alledaagse Engels. In 1984 is het de bedoeling dat Newspeak in 2050 de gewone taal heeft vervangen, met als doel dat taal als vehiculum tot denken daardoor wordt ontmoedigd en mensen makkelijker als slaven van het systeem kunnen functioneren. Immers, denken dat afwijkt van wat factcheckers hebben vastgesteld als juist - in 1984 wat de Partij voorschrijft als juist, wat overigens per dag kan wisselen - wordt beschouwd als conspiricy, en in 1984 als “thoughtcrime”.

Hoewel ik nog steeds gegrepen ben door de accuraatheid van de gedachten van Orwell, ben ik het eigenlijk nooit eens geweest met zijn “top-down” visie: hoe je moet denken, handelen en leven wordt volgens hem vanuit een masterplan van bovenaf opgelegd. Dat is begrijpelijk tegen de achtergrond van totalitaire systemen – het communisme in China en Rusland was in 1948 toen Orwell 1984 schreef heel actueel – maar nu is duidelijk dat de wereld niet vanuit masterplannen wordt bestuurd. Het gebeurt allemaal juist andersom, bottom-up, waarbij technologieontwikkeling een eigen leven is gaan leiden, “gesponsord” door een economisch systeem (oneindige groei uit eindige middelen) dat rechtstreeks voortkomt uit een van de fundamentele menselijk-psychologische drijfveren: korte termijn bevrediging.

Vanochtend, na het wakker worden, denk ik aan mijn droom en over de verschillen tussen nu en 1984, terwijl ik mijn computer opstart. Nog even snel voor de vergadering ga ik naar het in the cloud opgeslagen document dat ik zo moet gaan toelichten. Tot mijn schrik zie ik dat mijn collega een aantal essentiële zaken heeft verbeterd, maar dat het voor mij niet voelt zoals ik het geschreven had. Echter, er is geen enkele copy van een vorige versie, het verleden bestaat niet meer. Haastig kijk ik of ik een copy heb gemaakt op de harde schijf van mijn computer. Dat heb ik niet, en daarmee is de cirkel rond: in 1984 wordt het nieuws geschreven en telkens aangepast zonder een spoor achter te laten naar eerdere versies. Er is maar 1 waarheid, en dat is die van vandaag. Met de massale overgang van werken “in the cloud” ben ik ook mijn geheugen aan het verliezen,  systeemdementie is nu mijn deel aan het worden!

donderdag 2 december 2021

Kort

Al mijn hele leven is het een ergernis, dat moet ik toegeven, maar de laatste jaren neemt het haast pathologische vormen aan: Kort! Schrijf in 1 zin op waar het echt om gaat, kom nu toch eens tot je punt, als je het niet kort en bondig kan uitleggen, of opschrijven, is het niet belangrijk. Overal hoor ik dit, ondertussen al ruim 50 jaar. En als wijsheid met de leeftijd zou komen, wat natuurlijk ook niet per definitie waar is, dan zou ik ondertussen recht van spreken hebben verworven. Dan zou ik nu mogen zeggen dat sommige zaken te ingewikkeld of te genuanceerd zijn, om per definitie in oneliners gevangen te kunnen worden. Dat hertalen – het opnieuw woorden geven aan fenomenen die we met woorden tot betekenisloze clichés hebben laten verworden, tot uitgekauwde kauwgom waarvan zelfs de herinnering is verdwenen aan hoe ze aanvankelijk smaakten – van belang is om te blijven reflecteren op onszelf, en onze subjectieve werkelijkheid. Dat het je best doen om een lange zin (zoals de vorige) te “verstaan”, je helpt je eigen denkvaardigheid te ontwikkelen. Dat creatief taalgebruik met idiosyncratische elementen kan helpen om te divergeren. En dat sommige zaken niet door iedereen begrepen kunnen worden, maar dat we allemaal kunnen leren, en dat ons begrip op talloze gebieden ontwikkelbaar is, net als bv emoties, vaardigheden en creativiteit.

Maar natuurlijk heb ik ongelijk, ben ik afwijkend – neurodivers zelfs - en bepalen de marketing en communicatie afdelingen van grote bedrijven (inclusief Kennisinstellingen en Universiteiten) wat er wanneer en hoe geafficheerd wordt. Natuurlijk in Jip en Janneke taal. Dat we zelfs in beeldende proza onze wereld al lang niet meer kunnen beschrijven – daar is ze te complex voor geworden – wordt daarbij kennelijk vergeten. Door de simpele taal te voorzien van een (paar) plaatje(s), met als cliché dat 1 beeld meer kan zeggen dan 1000 woorden, komt het goed, zo lijkt de gedachte. En nu de techniek het toelaat, is dat plaatje dan bij voorkeur inmiddels getransformeerd in een heel kort filmpje, zeg maar op TikTok formaat. Snel weg te happen, bijdragend aan schijnzekerheid gevend begrip van de wereld: leuk-saai, goed-slecht, nieuws-fake. Leve de digitale transformatie.

Echter, naar mijn (afwijkende) mening zijn we onze wereld juist steeds minder gaan begrijpen, ondanks de talloze kreten en oneliners van influencers en reclamemensen die via de sociale media op ons worden afgevuurd. Klare taal, die tot een punt komt, dat wel, maar een punt dat vaak bij even doordenken al snel geen punt meer is. Dat is mijn punt, snapt u? Maar natuurlijk is het idee dat we bij het communiceren perse tot een punt moeten komen, ook een punt, dat geen punt zou hoeven zijn, eenvoudigweg omdat het dat niet per definitie is. Anders is dat in een formeel systeem, waar axioma’s worden gevolgd en zo de logica verplicht, dicteert, en dat is fijn. Daar houd ik van! Wiskunde/logica is daarmee een universele taal, bij voorkeur kort en krachtig. Dus dat is minder mijn punt, met al die "punten" probeer ik grappig als reclamemens te klinken.

Cultuur, samenleving en ons bestaan is (tot we in onze kist liggen) divergent, maar wordt door de continue roep naar kort, behapbaar, telegramstijl, WhatsApp, Twitter, TikTok en andere roeptoeterkanalen meer en meer getransformeerd naar convergent. Globaal worden we wereldburgers, met wereldomvattende (beeld)taal, verlangens en problemen. Tjonge, wat had ik weer veel woorden nodig om tot mijn punt te komen, maar gelukkig bent u er! Kennelijk zijn al die woorden voor u geen punt. En daar dank ik u voor, dankzij u mag ik er zijn, met al mijn woorden, en gedachten. Deze week heeft mijn blog sinds het begin in juni 2017 de 100.000 ste bezoeker gehad! Herhaaldelijk opnieuw verwoorden verhalen zijn een voedingsbodem voor ontwikkeling, dus tot slot een oneliner van Friedrich Nietzsche: "Smooth ice is paradise for those who dance with expertise".  Nogmaals, dank u!

Ik ben er weer! Een jaar geleden hield het op. Als je spreekt van hoofd en hart, was ik volledig gaan samenvallen met mijn hoofd. De verbind...