vrijdag 30 maart 2018

Omzien!

Momenteel gaat het heel goed met onze jongste dochter. Negen jaar oud, heeft ze deze week haar tafeldiploma gehaald. Ik ben een trotse vader. Het is minder vanzelfsprekend dan het lijkt. Als mijn vrouw en ik niet een radicaal andere oplossing voor de buitenschoolse opvang hadden gevonden, zou deze blog anders zijn begonnen. Wat is het punt?

Eigenlijk moesten al onze kinderen zich inspannen om op de basisschool succesvol in de sociale interactie mee te komen. Dat geldt ook voor onze jongste, die 7 jaar jonger is dan de een na jongste. Wij hadden niet door dat het politieke landschap rond kinderopvang in die periode echt veranderd is. We kregen het met de oudere kinderen altijd voor elkaar om opa, oma of een buurvrouw bij ons thuis te laten oppassen. Maar later kwam de BSO en dat werd de standaard. Ontmoedigd door het feit dat iedere gastouder over diploma's (ook hiervoor bleek een keurmerk nodig te zijn) moest gaan beschikken, hebben in ieder geval onze eigen oppassers het opgegeven. Onze jongste kwam daarmee ook na en soms voor school in een sociale groep en die voor haar ingewikkelde sociale interactie werd haar te veel. Zij wist zich daar geen raad mee. Ze werd soms erg boos en dat was soms lastig, voor haarzelf, voor ons en voor de school.

Hoe goed de BSO ook was, toen we ons probleem "begrepen" (waarom onze oudere kinderen het prima deden terwijl wij toen evenveel werkten als nu), hebben we haar direct ingeschreven bij Toppas. Toppas is een studenteninitiatief. Studenten van de sociale opleidingen van de hogeschool en universiteit in Groningen halen ons kind bij school op en nemen haar mee naar ons eigen huis. Ze drinken thee met haar en laten met haar de hond uit in het Noorderplantsoen. Ze is door deze aanpak (maatwerk) helemaal tot rust gekomen.

Nog een initiatief dat de verschillendheid van mensen ziet, is Omzien - een sociale ondernemer - en een zusterorganisatie van het Loopbaanadviesbedrijf Staatvandienst. Omzien creëert wat ze noemt "trapveldjes" waar oplossingen worden gezocht voor problemen, zoals wij die hadden. Een plaats voor ideeën met sociale impact. Een voorbeeld van een trapveldje van Omzien is betaalde mantelzorg dat betaald werk oplevert voor mensen die nu ongewild aan de zijlijn staan. Mensen zijn verschillend, maar globale en algemene oplossingen zijn vaak voor mensen die net iets anders zijn onverschillig en absoluut niet toereikend. Ze zijn voor iedereen in het algemeen en niemand in het bijzonder.

Uit mijn vakgebied (Brain & Technology) weet ik dat toenemende informatisering en robotisering ook zal resulteren in een toenemende behoefte aan oplossingen op maat, voor specifieke situaties. Want robotisering is voor iedereen in het algemeen vaak goed toe te passen, maar daarmee tegelijk voor niemand in het bijzonder. Gemotiveerd door mijn ervaring met mijn dochter en Toppas ben ik daarom als lector Brain & Technology van Saxion met Omzien aan de slag gegaan, om te kijken hoe we nieuw werk kunnen creëren. Nieuw en net even minder standaard werk op "trapveldjes" dat wellicht juist door mensen kan worden vervult die nu langs de zijlijn staan. Vanuit het vakgebied Brain & Technology is het immers van belang ‘om te zien’ naar wat achterblijft, naar tekortkomingen voor het welzijn van mensen en met oplossingen bij te dragen aan verbetering.

Juist omdat de overheid enerzijds sterker dan ooit verlangt dat iedereen participeert in zowel de kenniseconomie als de zorg voor elkaar, hebben veel individuen en ouders (waaronder mijn vrouw en ik) veel ballen in de lucht te houden. Met het nieuwe werken kan ik gelukkig soms ook thuis werken, maar voor een ziekenverzorgende, basisschool leerkracht of politieman of -vrouw ligt dat anders. Terwijl ook aan hen dezelfde (mantel-) zorg en participatie-eisen worden gesteld. Dat juist in deze beroepen de druk vaak te hoog is (met ziekte, burn out etc als gevolg) verbaast me niets. De kosten van de participatiesamenleving zijn nu voor rekening van werkgevers (thuiswerken is soms echt rendement verlies) en/of de werknemers zelf (ziekte, overbelasting).

Naast de groeiende vraag naar personeel, ontstaan er op individueel niveau geheel nieuwe behoeften. Even hulp bieden aan mensen in de buurt, bijvoorbeeld als er zaken aan of in huis geregeld moeten worden, of even bij iemand langsgaan voor een praatje en een raadje. Zaken die in een technologische samenleving van zeer grote waarde kunnen worden. Bovendien kunnen mensen die nu afstand tot de arbeidsmarkt hebben en wel van waarde zijn voor de samenleving hierin een cruciale rol spelen, betaald of als vrijwilliger. Nieuw werk dus. Wij kijken vaak naar de toekomst, naar meer (smart) techniek. Omzien is noodzaak, anders is smart gedoemd het nieuwe dom te veroorzaken. Hier ligt wat Omzien noemt de mogelijkheid om nieuw werk te creëren, dat bovendien juist ook door mensen met afstand tot de arbeidsmarkt kan worden gedaan. En daar draag ik vanuit mijn lectoraat graag aan bij. Juist ook omdat ik zie dat het omzien van Toppas mijn dochter zo ongelooflijk veel goed doet!

vrijdag 23 maart 2018

Get ready fot a smart world

De wereld verandert. Terwijl wij ons druk maken over op welke partij we moeten stemmen, beseffen we niet dat niet verkiesbare partijen ons dagelijks doen en laten het sterkst beïnvloeden: de high-tech multinationals. Sterker nog, wij richten ons onderwijs zo in, dat we optimaal naar hun pijpen kunnen dansen, onder meer door onze kinderen van jongs af aan te leren werken met de producten van "machten" als Microsoft, Google, Apple, Samsung en Facebook. In hun slogans noemen multinationals technologie en toekomst vaak in een adem. Smart staat daarbij gelijk aan goed overweg kunnen met hun producten, ongeveer zoals stoer en mondain vroeger door de tabaks-marketeers gelijk werd gesteld aan roken. En door de globalisering hebben deze multinationals nu meer dan ooit ook de politici in hun macht, inclusief degene waarop u stemt. Hoe zit dat?

Om met dat laatste te beginnen, als een grote multinational - techniek, of bank - de keuzes van politici niet aanstaat, kunnen ze door de open grenzen in Europa (of de rest van de wereld) het hoofdkantoor of de productielijnen verplaatsen naar een land waar het politieke klimaat als gunstig wordt ervaren. Hierbij zijn hun ambities letterlijk en figuurlijk grenzeloos. Niet alleen zijn zij hiermee de wereldlijke machthebbers en marginaliseren ze de daarbij de democratie. Ook laten ze bij deze verplaatsingen sporen achter van sociale gevolgen (verlies aan werkgelegenheid, de werkloosheid), die op de schouders van de lokale bevolking en op het conto van de politici komen te liggen. Politici kunnen het nooit goed doen. Als een bedrijf verdwijnt krijgen politici de schuld, hadden ze maar voor een beter politiek klimaat moeten zorgen. Als een bedrijf met aangepaste regelgeving wordt "omgekocht" om te blijven, is het ook hun schuld, want ze dammen de macht van deze multinationals niet in.

In West Europa willen we een kenniseconomie zijn. Daarom moeten we onze toppers binnen de deuren houden. Maar topingenieurs, technici en economen verdwijnen gemakkelijk naar waar de vestigings stoelendans de multinationals (high-tech, banken) leidt. De grenzen dicht (Brexit, Nexit) is een mogelijkheid, met het grootste risico dat je jezelf economisch buiten spel zet. Je blijft als politicus dan wel geloofwaardig. Je komt daarmee wel op voor de democratie en tegen de ongebreidelde macht van de grote tech multinationals.

Naar mijn mening is een eenvoudigere oplossing voor handen: investeren in kunst en cultuur en nog meer geld naar de gezondheidszorg, bouw en onderwijs. Kunst is sinds mensenheugenis het geweten van de generaties. Hoewel kunstuitingen behoren tot de eerste tekenen van menselijke beschaving, is kunst als reflectie op het menselijke handelen juist ook nu zo enorm belangrijk. Het houdt de samenleving een spiegel voor, en stelt vragen. Waarom doen we wat we doen? Waarom zien we niet dat gebruik van meer techniek ons niet vanzelfsprekend gelukkiger maakt? Kunst leert ons dat soms minder, meer is.

Meer investeren in onderwijs, zorg en bouw is investeren in lokale economie en samenleving. Tenminste, als het onderwijs dan "get ready for a smart world" als meer opvat dan een kritiekloze adaptatie aan de nieuwste producten van de hightech multinationals. Als een sociale onderneming, met kunst, bezinning en zingeving in het hart van de samenleving en de zorg voor elkaar. Ook in de zorg werken veel toptalenten, gebonden aan lokale gemeenschappen, bijvoorbeeld in ziekenhuizen, verpleeghuizen en andere zorgcentra.

Hoe dan ook, ICT-vaardigheid wordt vaak als één van de hoofddoelstellingen van modern onderwijs genoemd en dát is vreemd. Tenzij ICT-vaardigheid gelijk staat aan het kunnen onderkennen van en omgaan met de sociale en psychologische gevolgen van een vaak kritiekloze acceptatie van het dogma techniek-dus-goed. Get ready for a smart World is meer dan een technische aangelegenheid. In feite is het vooral een sociale aangelegenheid. Nogmaals, tech multinationals stellen in hun marketingactiviteiten technologie en de toekomst vaak aan elkaar gelijk. Dat mogen ze. Natuurlijk heeft technologie naast potentiële bedreigingen grote voordelen met zich meegebracht. Maar waarom gaan zelfs onderwijsinstellingen en universiteiten hierin schijnbaar zo kritiekloos mee en maken we zo met elkaar de machtigen nog machtiger? Maken we daarmee de gemiddelde leerling, student en burger gelukkiger, meer verbonden en wijzer? Techniek hoort in eerste instantie een sociale en bewogen aangelegenheid te zijn en dan niet alleen voor de machtigen!

vrijdag 16 maart 2018

Een afvalputje voor wat we niet begrijpen.

Wij zien wat we verwachten te zien. Als we bijvoorbeeld ons oog hebben laten vallen op een bepaald type auto, zien we vaak "ineens" veel meer van deze auto's dan eerder. Deze "bias" bevestigd dan de juistheid van onze interesse in deze auto, vandaar dat wel gesproken wordt van confirmation bias. Dit is op zich niet een probleem, het geeft ons vaak een roze bril waarmee we onze versie van de werkelijkheid steviger bevestigd zien dan ze feitelijk is. Maar als we ons daarmee zelfverzekerder voelen, is dat alleen maar meegenomen.

Echter, journalisten en (andere) academici (professionals en wetenschappers) zijn ook maar mensen. En daar kan het goed misgaan. Van kinds af aan heb ik een interesse in mensen die anders zijn, wellicht juist omdat vrij snel duidelijk werd dat ik zelf een beetje anders was. Bij anderszijn denk ik dan aan (onbegrepen) talenten, afwijkende sociaal "begrip", extreme verlegenheid en sociale angst, extreme tics, heel druk gedrag etc. Ondertussen heb ik honderden biografieën in mijn hoofd, van uitvinders tot kunstenaars, en van wetenschappelijke genieën tot gevaarlijke criminelen (sport vormt een uitzondering, daar heb ik weinig mee). Wat me is opgevallen, is dat als er nare dingen gebeuren, dit vrijwel altijd direct in verband wordt gebracht met vroeger ADHD, en tegenwoordig "autisme" (nadat een andere culturele achtergrond is uitgesloten, om precies te zijn). Zo werd er recent in Nederland toen een 13 jarige jongen zijn beide ouders vermoorde, en in Amerika een 19 jarige schoolschutter 17 leerlingen doodschoot, vrijwel direct gesproken van vreemd gedrag en dat er sprake zou zijn van autisme. Let er maar eens op, het gebeurt voortdurend.

Tot 15 jaar geleden zou bijna iedere dader lijden aan psychopathie, later borderline persoonlijkheidsstoornis en daarna hyperactiviteit (ADHD). Met de moord op politiek leider Pim Fortuin in 2002 sloeg in Nederland de balans om naar autisme (Asperger). Tot mijn eigen grote ontsteltenis, omdat het dichtbij mezelf kwam. Ik besefte hoe afschuwelijk deze verificatiefout feitelijk is. Was ik volgens de publieke opinie ook een potentieel moordenaar? Door te extrapoleren besefte ik hoe het moest zijn om een andere culturele afkomst te hebben, en op voorhand als crimineel gezien te worden...

Grote en bedreigende zaken willen we zo snel mogelijk "verklaren", zodat we veilig met ons leven verder kunnen. Onze aangeboren confirmation bias helpt hierbij. Het afwijkende wordt geduid in een label dat we denken te begrijpen, en zien we vervolgens continu bevestigd. Zoals met het type auto uit de inleiding. Als er iets crimineels gebeurt kijken we eerst naar de culturele achtergrond, en dan zijn minderheden makkelijk te verifiëren. Als het onbegrepen is, pakken we er een modieus psychiatrisch label bij. Falsifiëren doen we niet. De grootste leiders van de afgelopen eeuw - bijvoorbeeld Nelson Mandela, Gandhi en Obama - waren niet blank. Voor mensen zowel vanuit een volstrekt andere culturele achtergrond, als met een (vermeende) psychopathologische diagnose vergt het dikwijls extra inspanning om de aansluiting op de samenleving te vinden en behouden. Alle vooroordelen vanuit die samenleving helpen daarbij vaak juist zeker niet.

Het doorbreken van de maatschappelijke confirmation bias van de samenleving, ligt in het falsifiëren. De statistieken van verzekeringsmaatschappijen tonen onomstotelijk aan dat mannen niet beter autorijden dan vrouwen, maar relatief juist veel vaker bij ongelukken betrokken zijn dan vrouwen. Toen ik klein was, werd autisme gezien als een verstandelijke beperking. Nu is de combinatie autistiform en het hebben van een goede opleiding of baan vaak voldoende voor automatisch toebedeeld respect voor vermeende intellectuele superkracht. Zo gaan we van verificatiefout naar verificatiefout.

Er zijn eveneens massa's mensen met een "andersheid" die juist het verschil maken in positieve zin. Deze voorbeelden falsificeren het denken in stoornissen. Echter, het aanhalen van deze voorbeelden zonder het denken over de andersheden te veranderen - ze als stoornissen blijven zien - is zeker niet zonder risico. Het risico ontstaat dat er geen oog meer is voor de mensen die steun nodig hebben om vanuit een andersheid de aansluiting te vinden. En voorbeelden van mensen die deze steun wel nodig hebben zijn even talrijk. Zelfs als er helemaal geen sprake is van a-typisch, of gestoord. Ook al doen vrouwen het gemiddeld beter dan mannen op school en in het verkeer, en op talloze andere plekken, in topfuncties zijn ze nog steeds zwaar ondervertegenwoordigd. Ook doen psychologen, psychiaters, leerkrachten en jobcoaches dagelijks enorm veel goed werk voor mensen die a-typisch zijn. Maar een theorievorming gebaseerd op confirmation bias dient uiteindelijk zeker te worden gefalsifieerd!

Zo kon men vroeger sterven van heimwee. Deze aandoening werd Nostalgie genoemd. Ook dit komt eigenlijk niet meer voor, waarschijnlijk omdat we ons sterk genoeg gebonden weten, eerst door de toegenomen mobiliteit en nu ook de sociale media. Echter, aan het eind van de 20ste eeuw werd de diagnose borderline personality stoornis veel gesteld: een gebrek aan ontwikkeling en ervaren van een geïntegreerde identiteit en gevoel van eigenwaarde. Mensen die zichzelf vooral definiëren in termen van met wie ze omgaan (de relaties) en minder in wat ze doen (het handelend vestigen) zouden kunnen gaan leiden aan het telkens vluchtiger wordende van relaties, doordat hun identiteitsbeleving hiermee ook vluchtiger wordt. Werkkring en zelfs liefdespartners zijn tegenwoordig wisselend. Meer en meer zijn we serieel monogaam aan het worden. Borderline zou een gevoel van leegte kunnen zijn dat ontstaat uit de wisselingen. Wellicht is het interessant om ook andere veel toegekende diagnoses van dit moment - AD(H)D, ASS - in dit kader te bezien. In een volgende blog kom ik hier op terug.

Een kunstenaar - of breder, producent (journalist, fabrikant) - verwoord, verbeeld of verklankt de drijvende emoties van het moment. Aristoteles leert ons dat we zelf ons levensverhaal vormen, via de emoties. Interessant is vanuit dit kader te zien waarom levens en werken wel of geen succes hebben in hun tijd. Erich Korngold en Rammstein waren direct razend populair, maar het succes verdampte ook relatief snel, om bij de Korngold opera nu weer terug te komen, maar nu om andere redenen: nostalgie!

vrijdag 9 maart 2018

Classificeren

"Individuality outruns all classification, yet we insist on classifying every one we meet under some general label(William James, 1842-1910, een van de grondleggers van de moderne psychologie).

 

De laatste 15 jaar is er een sterke toename in het aantal diagnoses Autistisch Spectrum Stoornis (ASS). Vorige week kwamen we tot de verbijsterende conclusie dat achter deze toename een heel ander probleem ligt: een nog veel grotere maar grotendeels onopgemerkt gebleven toename in het aantal mensen dat volkomen normaal lijkt, maar feitelijk te gemakkelijk meebeweegt op de golven van de tijd. Gevormd door alles in het algemeen en niets in het bijzonder, door mondiaal beschikbare (smart) technology, onderwijs en sociale media. Bij de ontstane mondiaal gestandaardiseerde mens wordt individualiteit en authenticiteit ondergeschikt aan meebewegen en volgen. Van de wieg tot het graf wordt de mens nauwgezet gevolgd met standaard testen en digitale surveillance. Hoewel er steeds meer mensen binnen de standaarden passen - gekscherend "neurotypische spectrum stoornis" (NSS) genoemd - vallen er ook steeds meer mensen (net) buiten, vandaar de toename in ASS diagnoses. Het is nu tijd voor nuance.

Als je goed genoeg kijkt, is geen enkel mens "standaard". In bepaalde aspecten is ieder mens a-typisch. Ieder talent is a-typisch, anders had iedereen dat talent en was het dus niet onderscheidend. Echter, de maatschappij vraagt vaak generalistische competenties (teamwork, continu kunnen aanpassen, communicatie, etc.) terwijl talenten bijna per definitie specialistisch zijn. Authenticiteit en generalistisch kunnen op gespannen voet staan, tenzij iemand een specifiek talent heeft in het verbinden van mensen en/of ideeën. Helaas is dit nu juist een uiterst zeldzaam talent, dat vaak door managers onopgemerkt blijft!

Terugkomend op het James-citaat, mensen classificeren om hun wereld te begrijpen. Door (herhalende) patronen te labelen, leren we in onze wereld en onze levens te navigeren. Bijna altijd is het classificeren belangrijker voor de persoon die classificeert, dan voor de of het geclassificeerde. Dit is des te meer het geval als de classificatie niet eenduidig gedefinieerd kan worden, zoals bij het onderscheid tussen autistiform en normaal. Alleen als een aandoening eenduidig kan worden vastgesteld (bijvoorbeeld: infectie met x => ziekte y), zijn de "baten" zowel voor de persoon die classificeert (die een inkomen kan krijgen, bijvoorbeeld als arts, drogist of apotheker), als voor de persoon die is geclassificeerd. In alle andere gevallen is het "nut" van de classificatie dubbelzinniger en moeilijker vast te stellen.

Natuurlijk zijn ook veel niet-autistische personen in staat om unieke en authentieke personen te worden. Er zijn ook mensen die op enig moment in hun leven met ASS zijn gediagnosticeerd, maar zijn uitgegroeid tot volledig 'normale' (geïntegreerde actieve en deelnemende) burgers. Aan de andere kant van het spectrum zijn ernstig beperkte en geïsoleerde patiënten te vinden. De scheidslijn tussen normaal en autistisch kan niet zo ondubbelzinnig worden vastgesteld als te vaak wordt gesuggereerd.

Juist omdat ik, spottenderwijs, een grote mensenmassa classificeerde met “stoornis” (de tweede S in NSS), dien ik me te verantwoorden. In feite kan je stellen dat we allemaal gestoord zijn. Als we het gemiddelde consumptiegedrag van de West-Europeanen extrapoleren naar de wereldbevolking, hebben we bijna 5 aardbollen nodig. Ondanks het feit dat we allemaal proberen om duurzamer te leven, stijgt ons comfortniveau nog steeds; we gebruiken steeds meer energie per persoon. Terwijl de meesten van ons de klimaatverandering en de gevolgen voor de ecologie erkennen. Toch gaan we door met het nemen van een hypotheek op de toekomst, die hopelijk door technici in laboratoria zal worden afgelost in de vorm van efficiëntere energieomzetting. We weten dat dit technologische wonderdenken altijd een nieuwe versie van Pandora's Box blijkt te zijn. Daarom past de term 'stoornis' ons eigenlijk allemaal, autistisch én neurotypisch. Psychologen en psychiaters classificeren mensen echter met betrekking tot andere aspecten. Maar door te classificeren, door naar iemand anders te wijzen, wijzen ook zij ook naar zichzelf: wie wijst naar een ander, wijst met 3 vingers naar zichzelf!

Hiermee wil ik mezelf zeker niet uitsluiten, ook ik reis dagelijks 250 km en ben door alle comfort omringd. Sociale media en andere wereldwijd beschikbare technologie vormen ook mijn gedachten en gevoelens mede. Bovendien, door te wijzen op mensen met termen als autistisch of neurotypisch, ben ook ik schuldig aan precies hetzelfde classificerende gedrag dat ik andere psychologen / psychiaters verwijt. Maar ik weet een paar dingen zeker. Sommige mensen ontwikkelen zich anders dan anderen, en in het onderwijs moeten er 2 separate methodologieën zijn, één gebaseerd op snel denken (zonder woorden begrijpen, nabootsen), en één gebaseerd op langzaam maar formeel denken! Op de werkvloer hebben we mensen nodig met algemene vaardigheden en ook specialisten, zelfs als sommige van hen een aantal sociale vaardigheden missen. Diversiteit is een noodzaak en - het belangrijkst - groei in authenticiteit geeft ons leven richting en betekenis, ongeacht of we neurotypisch of autistisch zijn.

vrijdag 2 maart 2018

Brein en technologie

Vorige week eindigde ik met een citaat van Søren Kierkegaard. Kierkegaard was een Deens filosoof die leefde van 1813 tot 1855. Met betrekking tot mijn lectoraat "brein en technologie" kan hij niet onbesproken blijven. Hij was een scherpzinnig genie, die de gevolgen van de technologisering voor de samenleving lang van te voren voorzag: "Ik zal pas lang na mijn dood begrepen worden, als enkele politici het lukt om naamloze massa’s in soldatenlaarzen te dwingen en Europa bloedig crepeert in de gevolgen van nationalisme en de gevolgen der massaproductie” (in Scholtens, 1972). Een andere in dit verband belangrijke uitspraak was in 1846 "al het verderf zal uiteindelijk van de natuurwetenschappen komen". Kierkegaard waarschuwde dat technocratie en massaliteit bezig is “abortus te plegen op iedere originaliteit”. Door onderwerping aan techniek (machinaties) zal de gewone man ontaarden tot een gedirigeerde massa, die wordt gekenmerkt door verveling, angst voor eenzaamheid, anders-zijn, originaliteit en de dood. Hoewel de uitspraken bijna 200 jaar oud zijn, zijn ze mi juist nu  verrassend actueel. Hoe is deze verschuiving van individualiteit naar de massaliteit psychologisch gezien mogelijk?

Nobelprijs winnend psycholoog Daniel Kahneman beschrijft in zijn populaire boek "Thinking fast and slow" (2011) dat we twee denksystemen bezitten. Systeem 1 betreft een automatische piloot gebaseerd op intuïties, woordeloos begrijpen en eerste indrukken. Systeem 2 vereist altijd cognitieve inspanning: nadenken en ergens bewuste aandacht aan schenken. Systeem 1 gaat automatisch (kost dus relatief weinig energie) en werkt parallel: vele processen worden tegelijk verwerkt. Systeem 2 werkt serieel. Dat wil zeggen, er kan slechts aandacht zijn voor 1 aspect tegelijk. Centrale aandacht kost relatief veel energie. Na veel training kan via systeem 2 uiteindelijk systeem 1 worden gecontroleerd, zodat we minder op eerste indrukken en onderbuikgevoelens af hoeven te gaan. Dat is weer voorwaarde voor (nieuwe) ontwikkeling. Maar beide systemen zijn cruciaal voor onze ontwikkeling.

Hier wil ik de link leggen naar de enorme toename van het aantal kinderen en tegenwoordig ook volwassenen met een diagnose autistisch spectrum stoornis (ASS) in onze samenleving. Mensen verschillen tijdens hun ontwikkeling en ook onderling met betrekking tot de verhouding tussen systeem 1 en 2. Je zou autisme kunnen beschrijven als een andere (afwijkende) balans tussen systeem 1 en 2. Het stilzwijgend, automatisch begrijpen en intuïtief aanvoelen (systeem 1), vormt voor de meeste (neuro-typische) mensen het voornaamste alledaagse systeem. Echter, de autist treedt de wereld juist veel meer vanuit systeem 2 tegemoet. Juist omdat de wereld door onder meer technologie en globalisatie meer algemeen is geworden, vallen mensen des te sterker op die niet automatisch in de algemene machinaties meekomen. Het gevolg is meer diagnoses ASS, met momenteel een “inhaalslag” bij volwassenen. Overigens is hier een paradox zichtbaar; om machines te kunnen bedenken, programmeren en de formele taal te begrijpen waar vanuit techniek en natuurwetenschap doorgaans begrepen en geproduceerd wordt, is systeem 2 van belang. Dat zien we ook terug, in de high-tech industrie werken relatief veel mensen met ASS. Maar om de machinaties met elkaar goed mee te kunnen bewegen, is systeem 1 van belang.

Hoewel er dus een toename is in het aantal gestelde diagnoses ASS, is om terug te keren naar Kierkegaard de toename van de neuro-typische mensen feitelijk het echte probleem. Mensen nemen massaal genoegen met een rol als "consumptie vee", terwijl ieder mens de mogelijkheid heeft een uniek individu (authentiek) te worden. De massa is de leugen, aldus Kierkegaard en dat werpt een extra licht op mijn blog Neuro-typische Spectrum Stoornis, van enkelen weken geleden. Er is een massa ontstaan die zo sterk op systeem 1 functioneert en geleid wordt door de technologie, dat ondertussen niemand meer opkijkt van bio-determinisme: wij zijn ons brein! Er is zelfs een bedrijf dat claimt in het brein te kunnen zien wat een goede baan voor je is: brainfirst! Daarmee zijn we terug bij de 19e -eeuwse knobbelkunde, de frenologie!

Monopoly (SROI2)

Vorige week schreef ik over SROI en het bordspel “ Villagers ”. Mijn zwager wees mij op het beroemde spel Monopoly . De in 1866 geboren Amer...