vrijdag 24 februari 2023

IDG als vertrekpunt: hardloper of sportauto?

In mijn colleges laat ik de studenten 2 plaatjes zien, een hardloper, en een sportwagen. Vraag: wie van de 2 is sneller. “Simpel, de sportwagen”. Volgende plaatje: dezelfde sportauto, nu tussen de bomen, waardoor die letterlijk geen kant op kan. Ook de hardloper staat nu tussen de bomen. “Ja, nu de hardloper, wat flauw”, verzucht een student. Dan vraag ik wie er vandaag meer dan 50 km heeft gereisd om hier in de collegezaal te zitten. Een paar vingers gaan omhoog. Hoe? “Honderd km met de auto, over de snelweg”, antwoord een student. “Zelfs voor jou geldt dat je hier lopend sneller zouden zijn gekomen, dan in de sportauto”, antwoord ik…

Toegegeven, de sportauto had over de wegen de afstand veel sneller afgelegd dan de student lopend. Maar van de parkeerplaats naar hier, de collegezaal? Door het gebouw lopen, een lift of roltrap nemen? De auto zou volledig gedemonteerd moeten worden, in onderdelen die klein genoeg zijn naar boven en hier de zaal in worden gebracht en weer worden gemonteerd. In tijd uitgedrukt, neemt dit eerder een week dan een dag. 100 km lopen gaat sneller!

Met dit voorbeeld beoog ik duidelijk te maken, dat in onze redenaties we vaak heel veel aspecten simpelweg over het hoofd zien. Om een auto succesvol te laten zijn, moeten er duizenden kilometers asfalt, afvoerputten en drainagesystemen, tank- en oplaadstations zijn aangelegd en worden onderhouden, dwars door het (ecologisch) landschap, enzovoort, enzovoort. Wij zijn geneigd maar op één aspect te letten. Snelheid: automobiliteit is snel, sneller dan fietsen, of lopen. Uitstoot: auto’s zijn vervuilend, (bijvoorbeeld CO2). Andere aspecten zijn energie, (materiaal) kosten, risico op ongevallen, gemak. Niet of zelden zijn we instaat om voldoende uit te zoomen om het plaatje integraal te zien. Automobiliteit kost vreselijk veel meer dan alleen de energiebehoefte (en vervuiling) van automotoren. Denk dan bijvoorbeeld aan infrastructurele materialen (wegdekken, verlichting, vangrails, afwateringssystemen), aantasting van de natuurlijke landschappen en gevolgen voor dieren en planten, ontregeling van mensen op psychologisch en sociale gebied, bv ten gevolge van schaalvergroting (werk wonen kan ontkoppeld worden, met bijvoorbeeld verandering in gemeenschapszin als gevolg). Met de snelheid waarmee we afstand zijn gaan overbruggen, is onze wereld groter geworden, en is ons verlevendiging daarvan (living technology) daardoor vlakker (sommige schrijvers spreken van horizontaler) geworden. IDG 2 – cognitieve vaardigheid – gaat over onder meer dit denkvermogen bij jezelf te versterken.

Dan vraag ik de studenten na te denken over de verwantschap tussen de snelweg en de digitale snelweg, om te ontsnappen aan enkelvoudig – tegenover integraal of meervoudig – denken, wellicht één van de grootste boosdoeners, waardoor het niet lukt om ongebreidelde technologische groei in elke denkbare richting een halt te roepen. “Associeer, integreer, verbind”, daag ik de klas uit.

Vanwege mijn achtergrond in Kunstmatige Intelligentie, vragen studenten (en collega’s) me steeds wat ik vind van ChatGPT, of breder, generatieve AI. Inhoudelijk voel ik niet de behoefte om hierop in te gaan, daar laat ik graag anderen hun hoofd over buigen, over bijvoorbeeld plagiaat en auteursrechten, degeneratie van het internet door een exponentiële toename van automatisch (niet mens) gegenereerde teksten, etc. Mijn “integrale” antwoord ligt in dat als wij onze wereld aanpassen voor automobiliteit, of data gedreven informatieoverdracht, we al snel ontdekken dat wij onze natuurlijke mobiliteit (lopen, rennen, kruipen, springen, dansen) zijn gaan aanpassen aan de infrastructuren voor deze kunstmatige (snelle auto) mobiliteit. Om een auto op de weg te houden, zijn we gaan denken in mogelijkheden en beperkingen die bij automobiliteit horen: wielen, wegen, energievoorziening, onderhoud, risico’s op ongeluk, schade. Ons ecologisch zijn (IDG1) raakt daarbij uit zicht. Wij worden (zijn) in denken, doen en laten een volledig aan de (digitale) snelweg aangepaste versie van onszelf. Vandaaruit ontstaat de illusie dat de sportauto sneller is dan de hardloper, of dat de AI slimmer is dan de wetenschapper. Illusie, want we zijn niet ons instrument (IDG1). Bovendien, slordig (enkelvoudig) denkwerk (IDG2). Ongebreidelde groei, ongebreideld krediet, geeft schuld die moet worden terugbetaald, de Inner Development Goals bieden daarbij een goed vertrekpunt!


vrijdag 17 februari 2023

Stilletjes afhaken en Inner Development

In een prachtig artikel in de Correspondent van 13 februari jongstleden, “Waarom fulltime werken de economie niet kan redden”, betoogt Lynn Berger dat er niet alleen meer betaald werk nodig is, maar ook meer onbetaald werk, reproductieve arbeid genoemd. Om betaald werk te kunnen doen, is het noodzakelijk dat mensen hun leven thuis op orde hebben, zorgen voor elkaar en de gemeenschap (familie, buren, etc.), hun huis en tuin onderhouden, boodschappen doen, nageslacht verwekken, opvoeden en een stabiele start geven, enzovoort, enzovoort. Talloze andere zaken zijn ook nodig om in zowel betaalde als onbetaalde arbeid gezond te blijven: gezonde voeding, beweging (sport en andere recreatie), ontspanning, liefhebberijen en slaap.

Voor mij toch een eye-opener. Al die zaken buiten de betaalde arbeid noemde ik altijd leven, tegenover werken. Zeker sinds de industriële revolutie, wil men dat we dat zo zien, zo wordt in met name de feministische studies wel beweerd. Betaald werk wordt door 70% van de vrouwen part-time (80% of minder) gedaan, tegenover 20% van de mannen. Daarentegen doen vrouwen veel meer aan reproductieve arbeid (als je dan slapen, drinken en voor de buis hangen toch maar even niet meerekent). Industrie is ondertussen grotendeels geautomatiseerd. Betaald werk vindt vooral plaats in “kantoorarbeid” (waar ik ICT/digitaliseren, consultancy, onderzoek en clean Tech ook onder reken). Naast de "handen" (aan het bed) heeft ook de zorg intussen een omvangrijk "kantoorwaterhoofd" (ICT-ers, controllers, kwaliteitsmedewerkers, etc.).

Laatst moest thuis een enkelglas ruitje worden vervangen, 30 bij 40 cm. Via een ingewikkeld digitaal onlinesysteem moest ik invullen: wat, waar, hoe, waarom, verzekering, etc. Via mijn email volgt een afspraak, dagen later. Als uiteindelijk de monteur komt inmeten, is hij 2 minuten later klaar. Ik heb hem dan al een kop koffie aangeboden. Hij zet de gegevens in het digitale systeem. Volledig automatisch zal een nieuwe afspraak volgen voor het plaatsen. Door hem! Wat teleurgesteld vraag ik of dat niet nu kan. Kan, dat zeker, hij zou binnen 5 minuten klaar zijn, maar aangezien er meestal met dubbelglas gewerkt wordt, dat in de fabriek op maat gemaakt moet worden, zijn inmeten en plaatsen strikt gescheiden. Hij mag geen uitzondering maken. Hij haat het systeem, er is niets meer aan, verzucht hij, maar ja, wat dan? Een week later komt de man met zijn grote bestelbus opnieuw, weer een half uur heen en een half uur terug rijden. Ik geef hem weer een kop koffie, ik ben die dag thuis gaan werken.

Hier gebeurt dus iets interessants, mijn onbetaald werk – zorgen dat ons huis op orde blijft, zodat we zorgeloos ons betaalde werk kunnen doen – geschiedt tijdens mijn betaalde werk. Met mijn begrip en zorg voor de monteur (mijn onbetaald werk), blijft een belachelijk slecht werkend digitaal systeem in stand. Help! We hebben met elkaar een monster gecreëerd en met onze menselijkheid houden we het in stand!

Je leest veel over Quiet quitting (Stilletjes afhaken), mensen die hun 9 tot 5 (kantoor)baan zo minimaal mogelijk uitvoeren. Het staat ook zo ver af van hun “purpose”. Sinds Corona mogen mensen vaak thuiswerken, en gek genoeg lukt dat ze daar vaak in eenzaamheid met (aanzienlijk) minder uren dan voorheen met z’n allen op kantoor. Maar thuis ligt er altijd reproductieve arbeid klaar, soms al jaren verslonsd, omdat we allemaal tweeverdieners zijn geworden. Kinderopvang en zelfs de hond uitlaten outsourcen we naar opa’s en oma’s (of MKB-ers of ZZP-ers). Onze instapklare huizen zijn onderhoudsvrij, de tuintjes gevuld met tegels, opdat er geen werk aan gedaan hoeft te worden. 

Als je stelt dat betaalde arbeid slechts mogelijk is, als ook het onbetaalde werk goed op orde is, dan is de roep naar meer betaald gaan werken – fulltime – erg weinig duurzaam, zeker tegen de achtergrond van een planeet waar juist betaald werk onze voetafdruk gevaarlijk groot maakt. Stilletjes afhaken is wellicht gezond, minder werken (Degrowth) maakt meer impact dan in de mallemolen bijdragen aan nog meer productie, materiaal en energieverslinding. Wellicht is dit het moment om onze “reproductieve” arbeid serieus te nemen, uit te bouwen. Kanteling naar een volhoudbare planeet moet van onderaf geschieden, vanuit onze eigen Inner Development Goals! Zo is iets beangstigend, stilletjes afhaken, wellicht een signaal van iets heel moois!

En, eh, een gebroken ruitje maak ik voortaan zelf wel, scheelt 2 uur rijden en een hoop frustratie, en de reproductieve werktijd was ik anders ook kwijt, aan koffiedrinken met een gefrustreerde monteur!


vrijdag 10 februari 2023

Het tussenland, work in progress!

Vorige week schreef ik over polariseren, en hoe we vaak vergeten te kijken naar het gebied tussen de beide extremen, het tussenland (mainstream area), waar de mensen die polariseren vandaan komen. Hoewel begrijpelijk, is het juist zaak om bij polariseren deze “mainstream area” onder de loep te nemen, want polariseren kan een teken zijn dat die een grote revisie behoeft. Vergelijk dit met verbouwen aan je huis. Al wonend kunnen veel gewenste veranderingen worden uitgevoerd, om zo bijvoorbeeld aan de veranderende gezinsomstandigheden te blijven adapteren. Echter, sommige verbouwingen vereisen om tijdelijk het huis te verlaten (tijdelijk ergens anders te wonen), zodat materialen en middelen grondig anders kunnen worden ingezet. Binnen deze metafoor is dat ergens anders gaan wonen dan polariseren. Uitsluitend naar polariseren kijken, is zich richten op gevolgen. Met het speken van "kloven" tussen polen wordt onbedoeld het tussenland (waar de oorzaken gezocht kunnen worden) nihil verklaard. Gevolg: spreken over hoop en hopeloos, of arm en rijk, zonder te kijken hoe hopeloosheid of rijkdom verworven wordt (ten koste van ecologie, planeet, arme landen?). Een kloof (rift, gap) is immers niets.

Een onprettig geworden “mainstream area” wordt door sommigen afgewezen (verlaten), wat sommige achterblijvers koud zal laten. Andere achterblijvers zal dat gaan irriteren, zij zien dit als polariseren (radicaliseren). De reden dat afwijzen of verlaten als radicaliseren gezien wordt, is psychologisch: het tussenland dat lange tijd min of meer voldeed, is in onze denk- en handelwijzen de norm geworden, en bij het ervaren van twijfel zullen velen van ons juist sterker vasthouden aan wat we hebben, diezelfde impliciete norm. Bij onzekerheid val je terug op wat je hebt - je houdt vast -, of je wijst af (vertrekt, vlucht, of verandert). Deze laatste groep wil radicaal “renoveren” (ge-framed als afvalligen). De fanatiek geworden "vasthouders" willen steeds “radicaler” behouden, waarmee ook zij zichzelf buiten het tussenland plaatsen. Beide polen – de “afvalligen” en de “fanatieke achterblijvers” - zijn uit dezelfde onvrede ontstaan, hoewel de gepolariseerde blijvers sterk geïdentificeerd worden met het tussenland. Zo ontstaat de blinde vlek, de kloof, en wordt het tussenland buiten beschouwing gelaten. Laat daar nu juist de derde en grootste groep wonen, de “onverschilligen”, de mensen die het allemaal wel best vinden. Zij zien zowel de veranderingsgezinde, als de conservatieven beiden als enigszins gepolariseerd.

Als echter de situatie in het tussenland meer onhoudbaar wordt, zullen meer mensen uitwijken. Polarisatie en het ontstaan van kloven is, met andere woorden, een signaal van een niet meer volhoudbaar tussenland, dat de noodzaak tot verandering benadrukt. Verandering vindt vaak plaats tussen kleine aanpassingen (local adaptations) en grote crises (long jumps). Local adaptations zijn vaak te prefereren boven long jumps, zoals oorlogen, natuurrampen, epidemieën en revoluties. Revoluties leveren bovendien lang niet altijd op wat men ervan hoopten. George Orwell beschreef dit mooi in Animal Farm, waar de dieren de boerderij van de mensen overnamen, en uiteindelijk de varkens feitelijk de nieuwe mensen (heersers) werden:

The creatures outside looked from pig to man, and from man to pig, and from pig to man again; but already it was impossible to say which was which. (Orwell, 1945).

De polycrises waar we nu inzitten, gaat vele kanten op. Steeds meer mensen vinden minder vanzelfsprekend hun plek in het tussenland, juist ook omdat het tussenland volledig ontgonnen ("gekoloniseerd") is met rules & regulations, verdienmodellen, systemen, protocollen en verwachtingen.

Met name de verwachte oneindige groei vanuit eindige middelen, wordt momenteel gelogenstraft door het zichtbaar worden van de onhoudbaarheid van doorgaan op dezelfde weg, op vele gebieden. Vraagtekens bij BigTech (en in hun kielzog de overheden), bij de ongebreidelde energie- en materiaal verslaving die door hun wordt aangewakkerd, bij energiebedrijven die recordwinsten boeken met overheidsgeld, terwijl mensen massaal in de kou zitten. Steeds meer mensen komen niet mee in de gestandaardiseerde protocollen om zo efficiënt mogelijk te produ-consumeren, aangewakkerd door automatiseringsblindheid. Wie kent niet in de directe vriendenkring mensen met een diagnose van dyslexie, dyscalculie tot AD(H)D en ASS?

De verbouwing is in volle gang, met mooie initiatieven, waaronder Geluk Centraal, en echt hands on, coöperatieve stadsboerderijen. Jaap Fris en Niels Moshagen begonnen een boerderij coöperatie in Empe, waar alles draait om samenwerken met de natuur. Het tussenland is verdord, vanuit de polen krijgt de verbouwing vorm.    

donderdag 2 februari 2023

Verdord tussenland: op naar nieuwe bruggen bouwen!

Van de week las ik een prachtige column van orthopedagoog Mia Nijland over hoe de huidige tijd gekenmerkt wordt door kloven. Arm en rijk, mensen met en zonder hoop, en, op haar vakgebied, het zorgsysteem en kinderen met niet standaard zorgvragen. Ze stelt “Hoe groter de wensenlijst van de ouders is, hoe lastiger het wordt om iemand te plaatsen. Hoe flexibeler je bent hoe sneller het gaat.” Het primaat ligt bij het systeem, niet bij de mens die iets nodig heeft, en ook dit draagt weer bij aan polarisatie in de samenleving: makkelijke (standaard) zorg in overschot en geen (of veel te late) zorg voor complexe zorgbehoeften, waardoor het gezin systeem (mantelzorg) volledig alleen kan komen te staan. Wat heeft deze polarisatie met enkelvoudig denken te maken?

Bij polarisatie denken we aan twee kampen met daartussenin een kloof: waar versus onwaar, nieuws versus fakenieuws, echt versus onecht, of in sociale context, rijk versus arm en goed versus slecht. Dit dichotoom denken is een vorm van enkelvoudig denken. Er wordt namelijk een derde factor over het hoofd gezien: het tussenland, het gebied (eiland) tussen twee polen in, waar de gepolariseerde elementen vandaan komen. Bij groei aan de polen – polarisatie – moeten we kijken naar wat er in het middenveld gebeurt (waarom gaat men daarvandaan) in plaats van ons blind te staren op de polen. We moeten ons dus niet slechts richten op 1 pool, die van de conspiracies, of de vanuit ons perspectief probleemgroep), maar op minimaal 3 "gebieden": 2 polen en het tussenland, de normaal.

Bij meervoudig denken is perspectiefwisseling essentieel. Als je bijvoorbeeld stelt dat de kloof tussen rijk en arm door de Verlichting is gedicht – dat nu veel meer mensen in relatieve welvaart leven dan in bijvoorbeeld 1823 – dan maakt zo'n perspectiefswitch snel duidelijk dat de kloof is verplaatst: de mensheid heeft rijkdom naar zich toegetrokken, ten koste van de ecologie, waardoor veel andere soorten in armoede leven (op de grens van extinctie). Pool1: snel groeiende mensheid, pool 2: veel organismen in nood/op punt van uitsterving, tussenland (planeet) die haar (on)evenwicht aanpast en waar de zon nog steeds op komt en ondergaat.

Laten we inzoomen op de “kloof” in de zorg. Het gebied tussen de polen (tussenland) is door standaardisering versmald, waardoor het systeem mensen uitstoot, die er niet in kunnen worden geaccommodeerd. Hierdoor kan het zorgkantoor zeggen dat een zorgvrager die niet flexibel is, niet snel geholpen kan worden, zoals Mia Nijland opmerkte. Paradoxaal, want zorghulp is juist meer noodzakelijk, naarmate iemand zich minder flexibel zelf kan redden. Zo creëert in feite standaardisering (bureaucratisering/digitalisering) haar eigen light-markt. Wie in de standaarden past, kan snel en eenvoudig (volgens beproefde protocollen en daarmee efficiënt) worden geholpen in de opgetakelde zorgfabriek. Wie niet past, is aan het eigen lot of dat van het gezin of mantelzorg overgeleverd. Dus pool 1: mensen met complexe (niet te standaardiseren) zorgvragen, pool 2: zorgverlening die tekort schiet tegenover complexe zorgvragen (mensen in de kou laat staan) en als tussenland een goed geoliede machine en markt van zorg en aanbod, waarin veel te verdienen is in termen van succes, geld en status met relatief eenvoudige geprotocolleerde zorg.

Als je naar het tussenland kijkt, kan je dit ook zo vertalen naar onderwijs, of naar arbeid. De “middelmatigen” kunnen navigeren in een zorgvuldig georganiseerde en geprotocolleerde praktijk, waar veel te behalen is en daardoor veel aanbod. Maar de bijzondere mensen, of situaties, daar is juist door de standaardisering geen plaats voor in het tussenland. Door toenemende specialisatie (in feite differentiatie, iedere nieuwe richting die we inslaan zonder oude richtingen af te sluiten, vereist nieuwe specialisten) versmalt het middenveld, en groeien de polen.

Nu er op zoveel gebieden zoveel mensen, tot de polen behoren, en zich niet meer thuis voelen in het door standaardisering opdrogende tussenland, krijgen we de kans om nieuwe, duurzamere bruggen te bouwen. Polarisatie kan hierin kansen bieden, met name om het tussenland, waar nu de kloof ligt, opnieuw op te bouwen en daarmee de polen te overbruggen. Juist als een systeem niet meer adequaat in balans is, is differentiatie – polarisatie – een stap naar de volgende hiërarchische integratie, naar een nieuw tussenland. Elkaar vanuit de polen bestoken en bekogelen is het minste dat we kunnen doen, het beste is elkaar de hand toereiken. Polarisatie is de eerste stap naar een nieuw, ecologisch tussenland!

Ik ben er weer! Een jaar geleden hield het op. Als je spreekt van hoofd en hart, was ik volledig gaan samenvallen met mijn hoofd. De verbind...